Brieven aan een Paralleluniversum 7. Oh wee, een mens is een mens

een mens is een mens
Dit is de zevende aflevering van de feuilleton Brieven aan een Paralleluniversum van de Duitse schrijfster Petra Keup. De eerste verscheen op 8 oktober 2017. Sindsdien publiceer ik iedere zondagochtend een hoofdstuk van deze roman. De brieven zijn geschreven door Maximiliane Wonder-Licht, een ‘klant’, en gericht aan Valentin Graumann, de directeur van een instantie, die ‘Hartz-IV’, zeg maar de Duitse sociale bijstand, uitkeert.

Betreft: “O wee!”
– en omdat de mens een mens is …
[1]

Zeer geachte heer Graumann,

Mijn dochter heeft nog steeds nachtmerries.

een mens is een mens

Faust I, first edition, 1808

Daaraan kunt u weer zien, hoe lang en diep dat doorwerkt, als iemand een ander pardoes zijn woning betwist, zich zonder waarschuwing in gevoelige financiële afspraken tussen vaders en dochters mengt, en haar bestaanszekerheid op losse schroeven komt te staan. Dat trekt de grond onder de voeten van een jong mens weg.

Hoewel zij nog erg jong is, kan zij Goethe’s Faust al zeer waarderen. Zij begrijpt natuurlijk nog niet echt, hoe troostrijk de woorden van Mefistofeles zijn: “[Ik ben] een deel van de kracht die steeds het slechte wil, maar zorgt voor het goede.” Inderdaad, ze kan hiermee dus vandaag haar eerste levenservaringen opdoen. In de volksmond zegt men graag: “Er is niets zo slecht, of het is ook wel ergens goed voor!”[2]

En dat geldt ook voor u, want het betekent, dat als u, en daarmee bedoel ik niet u persoonlijk, maar u als hoofd van deze ARGE-dienst, mij, respectievelijk ons, niet zo’n waanzinnige stress berokkend had, dan had u niet voor mijn dochter een schoolreis naar Riga hoeven te betalen en ook niet de schoolbenodigdheden voor het komende schooljaar. Dan zouden we immers nooit geweten hebben, dat we ook daarvoor aanvragen kunnen indienen. Tenslotte leest iemand zoals ik geen wetten, tenzij hij daartoe uitdrukkelijk wordt gedwongen. Dus, heel veel dank daarvoor, niet alleen van mij, maar ook van mijn dochter.

een mens is een mens Maar zoals u misschien al opgevallen is, gaat het in al deze woordenwisselingen niet in de eerste plaats om geld. Ik zou het zo willen zeggen. In een maatschappij gaat het erom wetten te maken, die het leven dienen, en het belangrijkste is dan ook om die wetten vervolgens zo te vertalen, dat zij echt werken voor het leven. Om een lang verhaal kort te maken: niet wij mensen moeten het geld dienen, maar het geld moet ons dienen.

Dus stop gewoon met die verregaande controledrift, dat toezicht, dat wantrouwen, het ongebreideld verzamelen van gegevens, van valse informatie, houd op met die kwaadsprekerij en ga aan de slag met een onvoorwaardelijk basisinkomen voor iedereen. Wat denkt u, wat zou dat niet aan creatief talent in onze aardappelrepubliek vrijmaken, hoeveel ergernis, hoeveel moeite en hoeveel kosten zou men zich aan alle kanten kunnen besparen.

een mens is een mens Goed, zover zijn wij hier nog niet. In aardappelrepublieken zijn mensen bang voor hun creativiteit en vrijheid. Sommigen zouden zich wellicht vervelen, omdat zij geen aanvragen meer hoefden in te vullen of deze niet meer hoefden te verwerken of omdat zij niet meer uren konden doorbrengen met niksen bij uw Dienst. Wat echter het ergste zou zijn: Niemand zou meer een reden hebben om te klagen en dit privilege laten mensen zich natuurlijk niet graag afpakken.

Trouwens, op het voorhoofd van concernmanagers zou gewoonweg het klamme zweet uitbreken. Uw menselijk kapitaal zou veel moeilijker te sturen zijn, omdat iemand in het ongunstigste geval alleen zijn baan zou verliezen, maar niet meer zijn menselijke waardigheid.
Ja, en wie met weinig geld kan rondkomen, kan de geglobaliseerde bedrijven gemakkelijk een dikke middelvinger laten zien en ander belangrijk werk in onze samenleving doen. Hij kan zijn kinderen zelf opvoeden, artistiek bezig zijn, zijn medemensen helpen en alleen zinvolle dingen doen, die anders niemand doet, omdat ze niet genoeg winst opleveren. Boven alles echter, zou hij het uit vrije wil kunnen doen.

Nu, tot het dan eenmaal zo ver zal zijn, verwacht ik wel van u en uw medewerkers, dat u binnen het kader van uw richtlijnen en manoeuvreerruimte in het welzijn van mensen handelt. Daar speelt, zoals u weet, de communicatie en de woordkeuze een beslissende rol bij. De mensen die naar uw kantoor komen, zijn noch hulpbehoeftigen noch klanten, maar mensen zoals u, zoals elk van uw medewerkers, alleen met andere talenten, interesses, voorkeuren, lotsbestemmingen.

Helaas door deze samenleving, deze aardappelrepubliek, doelgericht en toch ook weer toevallig uitgekozen en op het dode spoor van uw ARGE Job Centers gezet. Uw taak zou het eigenlijk zijn om al deze mensen, en nog veel meer, eerlijk te dienen. U zou iedereen, die naar u toekomt, welwillend kunnen adviseren, u zou hen de wetgeving kunnen uitleggen, zodat zij niet direct bang hoeven te zijn voor kortingen op de uitkering, alleen maar omdat hun gezinssituatie en arbeidsomstandigheden of hun relatie met de huisbaas, niet passen in de aanvraagformulieren. Het beste is echter om helemaal niet zo veel uit te leggen en de mensen eenvoudig en vrijwillig alles te geven wat hen toekomt.

een mens is een mens Dan kunt u ook de voetstappen van deze ARGE-dienst van de vloer verwijderen, die de mensen, die bij u hun uitkering willen aanvragen, blijkbaar de weg moeten wijzen. Mensen moeten niet met gebogen hoofd, maar met opgeheven hoofd naar u toe kunnen komen, tenslotte zijn het mensen. Dus, wat dacht u van wegwijzers op ooghoogte? Soms zijn het zelfs helemaal niet de wetten, maar de houding waarmee ze uitgevoerd en verdedigd worden, dat alles zo lastig en uiteindelijk ook weinig succesvol maakt.

Weet u eigenlijk wel dat we alle stress, die we met elkaar hebben, ons hadden kunnen besparen, vooral het voor mij ergerniswekkende onderdeel wat betreft uw fictieve berekening van mijn neveninkomsten? Ik had u maar één keer heel kort hoeven beliegen! Ik had u gewoon moeten vertellen, dat mijn bijverdiensten onherroepelijk gestopt waren. Even later had ik je dan alleen schriftelijk meegedeeld, dat ik geheel onverwacht een gelegenheid had gevonden om enigszins aan de zijlijn van mijn beroep zelfstandig bezig te kunnen zijn. Het zou zelfs geen misbruik van uitkeringen zijn geweest. U zou op deze manier uiteindelijk net zo veel of zo weinig aan mij moeten betalen, als nu met al dat theater. Achteraf is men altijd slimmer.

Het is opmerkelijk dat een autoriteit, die vermoedelijk zo verzot is op de waarheid, alles dubbel en in drievoud controleert, die burger dan toch tot leugens aanzet. Gewoon dom, dat ik gewoon niet goed ben in liegen. Ik stel me altijd voor, dat iedereen snel op mijn gezicht kan lezen dat ik willens en wetens sta te liegen. Daarom zou ik ook nooit een goede politicus zijn. En daarmee is al weer een mogelijke carrièrekans voor mij verkeken. Welnu, moet ik misschien een cursus acteren bij u aanvragen? Uit voorzorg voor de volgende keer, zal ik maar zeggen.

Hierbij groet ik u weer,
Maximiliane Wonder-Licht

PS:
Nog een aanrader voor u en uw collega’s: Michael Ehnert, “Mein Leven“.
Op een intelligente, liefdevolle en vrolijke wijze vertelt Michael Ehnert op zijn cd, hoe wij toch allemaal “Domme mensen uit angst” zijn en dat het veel slimmer is, zich, in plaats van altijd weer om de vijand, zich eens om de kat van de vijand te bekommeren.[3]

PS 2:
Iets om te overdenken: Schurken op televisie hebben heel vaak een kat op de arm, waar niemand ooit echt naar omkijkt. Of hebt u wel eens gezien, dat de schurk de kattenbak schoonmaakt?

Een overzicht van alle gepubliceerde hoofdstukken is hier te vinden.
Vertaling: Florie Barnhoorn

Wordt vervolgd op zondag 26 november 2017


1. Het ‘Eenheidsfrontlied’, “Und weil der Mensch ein Mensch ist …”, is één van de bekendste liederen van de Duitse arbeidersbeweging. De tekst is van Bertolt Brecht, de muziek van Hanns Eisler. Het lied werd vooral bekend door de interpretatie van Ernst Busch.

een mens is een mens Eerste couplet:
Und weil der Mensch ein Mensch ist,
drum braucht er was zum Essen, bitte sehr!
Es macht ihn ein Geschwätz nicht satt,
das schafft kein Essen her.

Refrein:
Drum links, zwei, drei! Drum links, zwei, drei!
Wo dein Platz, Genosse ist!
Reih dich ein, in die Arbeitereinheitsfront,
weil du auch ein Arbeiter bist.

(Meer coupletten zijn te vinden op https://www.marxists.org/subject/art/music/lyrics/de/die-einheitsfront.htm)

Gezongen Eenheidsfrontlied: https://www.youtube.com/watch?v=U0ihz0ryFRA↩

2. Hier wordt het citaat besproken (Duits); hier een link naar hoofdstuk 6 uit de Faust: Eine Tragödie van Johann Wolfgang von Goethe, waar het citaat in voorkomt (met links naar andere hoofdstukken).↩

3. Michael Ehnert (*Hamburg, 1967) is cabaretier, schrijver, toneelspeler en regisseur. Op YouTube is een uitvoering van Mein Leben te vinden.↩

Het bericht Brieven aan een Paralleluniversum 7. Oh wee, een mens is een mens verscheen eerst op Vereniging Basisinkomen.

Geplaatst in basisinkomen, obi.