UBIE: Europees Burgerinitiatief en Europese verkiezingen

UBIE

 

Vrijdag 23 november begon het UBIE weekend in het prachtige Boedapest met een goed bezochte conferentie (zo’n 100 personen). Er waren veel lokale politici en veel mensen uit de Hongaarse basisinkomen beweging aanwezig. Ook de pers was present. Het aankomende Europees Burgerinitiatief en de Europese verkiezingen in mei 2019 bepaalden de agenda. Hierbij het verslag van Hilde Latour, bestuurslid Vereniging Basisinkomen.

 

 

De conferentie was deels in het Hongaars en deels in het Engels, met een geweldige tolk, die live de vertaling deed.

Vrijdagavond werd de discussie over het Europees Burgerinitiatief voorbereid: waar moet het aan voldoen om geregistreerd te worden? Wat is het mandaat van het Europees parlement met betrekking tot het basisinkomen? Wat blijft wettelijk gezien bij de landen zelf? Een vrij technische discussie dus.

Zaterdag stond in het teken van het zoeken naar overeenstemming over de vijf verschillende voorstellen voor een Europees Burgerinitiatief. De vijf voorstellen werden eerst in kleine groepjes besproken, waarna er een plenaire terugkoppeling plaatsvond, zodat iedereen alle aangedragen voors- en tegens van ieder voorstel goed in beeld had.

Proposal: Support ECI – aanbeveling, aanmoediging en steun van EU voor volledig basisinkomen door lidstaten
Proposal: Child Basic Income – kinderbijslag in alle lidstaten
Proposal: EU-wide pilots – experimenten op Europees niveau
Proposal: Eurodividend – eurodividend invoeren
Comprise Proposal Core Group – basisinkomen voor alle Europeanen vanuit EU ter hoogte van de armoedegrens van het armste Europese land, waarbij de lidstaten worden aangemoedigd dit aan te vullen tot aan de armoedegrens van hun eigen land.

Na de discussie werd er een peiling gedaan voor de steun voor de verschillende voorstellen. Zoals te verwachten, was er geen unanieme overeenstemming, maar het eerste voorstel had duidelijk de meeste steun en ook de minste mensen die echt tegen waren (24 voor, 10 neutraal, 6 tegen). Op de tweede en derde plaats stonden respectievelijk voorstel nummer 5 en 4).

Passend bij de opluchting, die er in de groep gevoeld werd, dat er na twee jaar discussie eindelijk met een voorstel aan de slag gegaan kon worden, sloot de avond met een Hongaarse maaltijd en zigeuner muziek.

Zondag 25 november stond de planning van de campagne op de agenda. Echter: de ochtend begon met de mededeling van de voorzitter dat de volgende Algemene Ledenvergadering (waarschijnlijk in maart in Brussel in verband met de Europese verkiezingen) de keuze nog wel formeel moet bevestigen. In Göteborg, Zweden was dat namelijk besloten:

“Following an in-depth debate of the proposals for a suitable subject for a new European Citizens’ Initiative (ECI), the General Assembly decided to postpone the decision for further discussion at 2-days workshop to be organised by the Executive Committee *with a final decision at the next General Assembly*. (14 in favour, 2 against, 8 abstensions).”

Dit was voor velen niet duidelijk geweest en schiep nogal wat verwarring. In twee groepen werd vervolgens de campagne voor zowel het Europees Burgerinitiatief voorbereid als de campagne voor de Europese verkiezingen. Over beide campagnes zullen de werkgroepen via UBIE nog communiceren.

2019 is dus een belangrijk jaar voor het basisinkomen op Europees nivo. Wil je meestemmen over de strategie van UBIE met betrekking tot het Europees Burgerinitiatief en/of de Europese verkiezingen? Dat kan als je lid bent van UBIE.

Hilde Latour, bestuurslid Vereniging Basisinkomen
Boedapest, 23-25 november 2018

Het bericht UBIE: Europees Burgerinitiatief en Europese verkiezingen verscheen eerst op Vereniging Basisinkomen.

UBIE: Europees Burgerinitiatief en Europese verkiezingen

UBIE

 

Vrijdag 23 november begon het UBIE weekend in het prachtige Boedapest met een goed bezochte conferentie (zo’n 100 personen). Er waren veel lokale politici en veel mensen uit de Hongaarse basisinkomen beweging aanwezig. Ook de pers was present. Het aankomende Europees Burgerinitiatief en de Europese verkiezingen in mei 2019 bepaalden de agenda. Hierbij het verslag van Hilde Latour, bestuurslid Vereniging Basisinkomen.

 

 

De conferentie was deels in het Hongaars en deels in het Engels, met een geweldige tolk, die live de vertaling deed.

Vrijdagavond werd de discussie over het Europees Burgerinitiatief voorbereid: waar moet het aan voldoen om geregistreerd te worden? Wat is het mandaat van het Europees parlement met betrekking tot het basisinkomen? Wat blijft wettelijk gezien bij de landen zelf? Een vrij technische discussie dus.

Zaterdag stond in het teken van het zoeken naar overeenstemming over de vijf verschillende voorstellen voor een Europees Burgerinitiatief. De vijf voorstellen werden eerst in kleine groepjes besproken, waarna er een plenaire terugkoppeling plaatsvond, zodat iedereen alle aangedragen voors- en tegens van ieder voorstel goed in beeld had.

Proposal: Support ECI – aanbeveling, aanmoediging en steun van EU voor volledig basisinkomen door lidstaten
Proposal: Child Basic Income – kinderbijslag in alle lidstaten
Proposal: EU-wide pilots – experimenten op Europees niveau
Proposal: Eurodividend – eurodividend invoeren
Comprise Proposal Core Group – basisinkomen voor alle Europeanen vanuit EU ter hoogte van de armoedegrens van het armste Europese land, waarbij de lidstaten worden aangemoedigd dit aan te vullen tot aan de armoedegrens van hun eigen land.

Na de discussie werd er een peiling gedaan voor de steun voor de verschillende voorstellen. Zoals te verwachten, was er geen unanieme overeenstemming, maar het eerste voorstel had duidelijk de meeste steun en ook de minste mensen die echt tegen waren (24 voor, 10 neutraal, 6 tegen). Op de tweede en derde plaats stonden respectievelijk voorstel nummer 5 en 4).

Passend bij de opluchting, die er in de groep gevoeld werd, dat er na twee jaar discussie eindelijk met een voorstel aan de slag gegaan kon worden, sloot de avond met een Hongaarse maaltijd en zigeuner muziek.

Zondag 25 november stond de planning van de campagne op de agenda. Echter: de ochtend begon met de mededeling van de voorzitter dat de volgende Algemene Ledenvergadering (waarschijnlijk in maart in Brussel in verband met de Europese verkiezingen) de keuze nog wel formeel moet bevestigen. In Göteborg, Zweden was dat namelijk besloten:

“Following an in-depth debate of the proposals for a suitable subject for a new European Citizens’ Initiative (ECI), the General Assembly decided to postpone the decision for further discussion at 2-days workshop to be organised by the Executive Committee *with a final decision at the next General Assembly*. (14 in favour, 2 against, 8 abstensions).”

Dit was voor velen niet duidelijk geweest en schiep nogal wat verwarring. In twee groepen werd vervolgens de campagne voor zowel het Europees Burgerinitiatief voorbereid als de campagne voor de Europese verkiezingen. Over beide campagnes zullen de werkgroepen via UBIE nog communiceren.

2019 is dus een belangrijk jaar voor het basisinkomen op Europees nivo. Wil je meestemmen over de strategie van UBIE met betrekking tot het Europees Burgerinitiatief en/of de Europese verkiezingen? Dat kan als je lid bent van UBIE.

Hilde Latour, bestuurslid Vereniging Basisinkomen
Boedapest, 23-25 november 2018

Het bericht UBIE: Europees Burgerinitiatief en Europese verkiezingen verscheen eerst op Vereniging Basisinkomen.

Burgerdividend, burgerschapsdividend, burgervermogensfonds: anders denken over de financiering van basisinkomen.

Burgerdividend, een nieuw en hip alternatief voor basisinkomen. Is het iets anders, of alleen maar een andere invalshoek. Helpt deze woordkeus om de invoering dichterbij te brengen?

Aanleiding

Eind november introduceerde Rutger Bregman via de VPRO-gids (Het basisinkomen is een liberaal idee), de term burgerschapsdividend, met o.a. de volgende passages:
In plaats van basisinkomen kun je het ook over ‘burgerschapsdividend’ hebben. Dat klopt ook met de oorspronkelijke filosofie erachter: dat alle land en natuurlijke hulpbronnen van ons allemaal zijn en degenen die daar een claim op doen de rest van de bevolking een vergoeding moeten betalen. Het is geen gunst, geen uitkering. Het is gewoon dividend. Iedereen heeft recht op een aandeel in het land. Noem het ‘durf­kapitaal voor de gewone man’. Want dat is het ook echt: een financiële basis die je de vrijheid geeft om een bedrijfje te beginnen, om een nieuwe richting in te slaan.
….
Je kunt met een relatief klein burgerschapsdividend beginnen, en dat financieren uit een volkomen onverdachte bron, uit een co2-belasting bijvoorbeeld. Dan krijg je een co2-dividend. Je koppelt de grootste uitdaging van deze tijd, klimaatverandering, aan de grootste belofte van deze tijd: burgerschapsdividend. Waar wachten we nog op? 

In de uitzending van Tegenlicht op 25-11-2018 kwam dit ook aan bod.


Is dit nieuw?

Bregman brengt dit als nieuw idee om de discussie weer op gang te krijgen.
Dat streven is mooi, maar echt nieuw is het niet.
Ter illustratie verwijs ik naar de volgende zaken:

De essentie van al deze vormen van burgerdividend is dat er middelen beschikbaar komen voor alle burgers, omdat de wereld toch een beetje van iedereen is. Dat is een hele andere kijk dan basisinkomen introduceren als een soort armoedebestrijding sociale zekerheid, wat vaak gebeurt.
Het is een serieus te nemen idee, maar  zijn er toch ook nog wel een paar vragen die vroeg of laat een antwoord behoeven.

Bestuur,  beheer, positionering van een burger dividend fonds

Iedereen kan het initiatief nemen een BDF (burger dividend fonds) op te starten, zowel individuen als groepen, bedrijven en overheden.
Daarna moet het BDF bestuurd en beheerd worden, ook als niet een overheid de initiator is. Er is besluitvorming nodig over de inrichting (zowel bij de start als latere aanpassingen), over de technische uitvoering, over de juridische status, over het werven/toelaten van zowel financieringsbronnen als ontvangende burgers. Er zal verslaggeving moeten zijn over de gang van zaken, inclusief de geldstromen en de kaspositie.
Hoe is daarbij de balans tussen transparantie en privacy?
Maak je gebruik van een blockchain dan kun je dit geheel of deels vastleggen en automatiseren, als je daarvoor kiest.

Is er duidelijkheid over de consequenties (zowel voor de gevers als voor de ontvangers) voor de per land bestaande regelingen voor sociale zekerheid en belastingen? Laat je dat aan die overheden over of treed je in overleg?

Hoe is de positionering tov aanverwante initiatieven: kunnen meerdere BDF’s elkaar aanvullen, of sluiten ze elkaars deelnemende burgers uit, is er samenwerking of juist concurrentie, kunnen er fusies plaats vinden?

Wie vormen het bestuur, wie bepaalt hoe dat muteert en hoeveel van het bestuur en beheer kan via een blockchain vastgelegd worden?

Zijn er waarborgen dat het bestuur op den duur niet in handen komt van profiteurs of van een specifieke ideologie? Of moeten we het aan de ‘markt’ overlaten om het kaf van het koren te scheiden?

Denkbare inkomstenbronnen:

  • Privé-giften (dus kijken of daar belastingfaciliteiten voor zijn, per land?)
  • Sponsoring door bedrijven (krijgen die dan rechten?)
  • Bijdragen van overheden (mogen die dan eisen stellen?)
  • AI-DAO’s, geautomatiseerde machines zonder eigenaar
  • Opbrengsten uit slim beheer van het fondsvermogen (doen of juist niet?)
  • Zelf geld scheppen, bijvoorbeeld een virtuele of een crypto-munt

 

Fondsvorming en uitgaven

De term fonds suggereert dat er een vermogen is.
Dat hoeft niet. Je kunt ook elke periode precies uitgeven wat er binnenkomt. Met het risico van zeer grote fluctuaties, wat de zekerheid bij de ontvangende burgers niet ten goede komt.
Wil je wel een vermogen als buffer, dan moeten er regels zijn hoe hoog deze buffer moet zijn en daarmee ook of en hoe de hoogte van het BD fluctueert.

Er zijn in elk geval twee soorten uitgaven, namelijk de kosten van het systeem (inclusief organisatie en bestuurskosten) en de aan burgers uit te delen burgerdividenden (BD’s).
Hoe wordt deze splitsing bepaald?

De systeemkosten zijn een belangrijk punt van aandacht.

Aan de kant van de uitgaven aan BD’s is bepalend de aantallen deelnemende burgers en de hoogte  van het BD.
Hoe werf je deelnemers? Ga je gericht werven? Met welke prioriteit en waar? Mogen sponsors en overheden doelgroepen aanwijzen? Zijn er wachtlijsten als het fonds te klein wordt om alle deelnemers redelijk te bedienen?
Toets je of deelnemers zelf middelen hebben?
Uiteraard speelt hier ook de noodzaak fraude te voorkomen (dubbele identiteit, valse identiteit, adequate mutaties betreffende geboorte en overlijden).

Voor de hoogte van het BD is een vraag hoe je die laat fluctueren met de inkomsten en/of de stand van het vermogen. Hoe snel wil je maximaal stijgen en of dalen?
(Detail is natuurlijk ook welke periode je kiest – dagelijks, wekelijks, maandelijks, jaarlijks?).
Een andere vraag is of er differentiatie is. Houd je rekening met de levensstandaard per land of regio?  Krijgen kinderen even veel als volwassenen? Kan een sponsor of een overheid hogere bedragen claimen voor bepaalde doelgroepen?

Techniek en uitwerking

Er zijn ook allerlei keuzes over de uitwerking te maken, zoals
muntkeuze, software, banksysteem, PR en  bereik wereldwijd of juist beperkt tot een land of een regio.
Zowel de start, de ontwikkeling hiervan als het beheer behoeven aandacht.

Slot

Termen als burgerdividend, burgerschapsdividend en burgervergmogensfonds (of Engelse varianten rond het woord citizen) laten vooral zien dat het denkbaar is basisinkomen anders te financieren dan als een variant op de traditionele door de overheid geregelde sociale voorzieningen.
Als je dat echt gaat uitwerken, kom je wel een aantal problemen tegen die om een oplossing vragen, net als je die tegen komt bij het traditionele denken over invoering van basisinkomen.
Het is dus maar de vraag of de keuze van een andere term dan basisinkomen  de invoering echt dichterbij brengt.

Reyer Brons, december 2018

Ook Eric Binsbergen bepleit in zijn bijdragen  Ons basisinkomen volgens Rutger Bregman  en Avond over burgerschapsdividend in Amsterdam het vasthouden aan de term BASISINKOMEN.

Deze pagina is ook te vinden via http://burgerdividend.nl en/of http://burgerschapsdividend.nl

Het bericht Burgerdividend, burgerschapsdividend, burgervermogensfonds: anders denken over de financiering van basisinkomen. verscheen eerst op Vereniging Basisinkomen.

Burgerdividend, burgerschapsdividend, burgervermogensfonds: anders denken over de financiering van basisinkomen.

Burgerdividend, een nieuw en hip alternatief voor basisinkomen. Is het iets anders, of alleen maar een andere invalshoek. Helpt deze woordkeus om de invoering dichterbij te brengen?

Aanleiding

Eind november introduceerde Rutger Bregman via de VPRO-gids (Het basisinkomen is een liberaal idee), de term burgerschapsdividend, met o.a. de volgende passages:
In plaats van basisinkomen kun je het ook over ‘burgerschapsdividend’ hebben. Dat klopt ook met de oorspronkelijke filosofie erachter: dat alle land en natuurlijke hulpbronnen van ons allemaal zijn en degenen die daar een claim op doen de rest van de bevolking een vergoeding moeten betalen. Het is geen gunst, geen uitkering. Het is gewoon dividend. Iedereen heeft recht op een aandeel in het land. Noem het ‘durf­kapitaal voor de gewone man’. Want dat is het ook echt: een financiële basis die je de vrijheid geeft om een bedrijfje te beginnen, om een nieuwe richting in te slaan.
….
Je kunt met een relatief klein burgerschapsdividend beginnen, en dat financieren uit een volkomen onverdachte bron, uit een co2-belasting bijvoorbeeld. Dan krijg je een co2-dividend. Je koppelt de grootste uitdaging van deze tijd, klimaatverandering, aan de grootste belofte van deze tijd: burgerschapsdividend. Waar wachten we nog op? 

In de uitzending van Tegenlicht op 25-11-2018 kwam dit ook aan bod.


Is dit nieuw?

Bregman brengt dit als nieuw idee om de discussie weer op gang te krijgen.
Dat streven is mooi, maar echt nieuw is het niet.
Ter illustratie verwijs ik naar de volgende zaken:

De essentie van al deze vormen van burgerdividend is dat er middelen beschikbaar komen voor alle burgers, omdat de wereld toch een beetje van iedereen is. Dat is een hele andere kijk dan basisinkomen introduceren als een soort armoedebestrijding sociale zekerheid, wat vaak gebeurt.
Het is een serieus te nemen idee, maar  zijn er toch ook nog wel een paar vragen die vroeg of laat een antwoord behoeven.

Bestuur,  beheer, positionering van een burger dividend fonds

Iedereen kan het initiatief nemen een BDF (burger dividend fonds) op te starten, zowel individuen als groepen, bedrijven en overheden.
Daarna moet het BDF bestuurd en beheerd worden, ook als niet een overheid de initiator is. Er is besluitvorming nodig over de inrichting (zowel bij de start als latere aanpassingen), over de technische uitvoering, over de juridische status, over het werven/toelaten van zowel financieringsbronnen als ontvangende burgers. Er zal verslaggeving moeten zijn over de gang van zaken, inclusief de geldstromen en de kaspositie.
Hoe is daarbij de balans tussen transparantie en privacy?
Maak je gebruik van een blockchain dan kun je dit geheel of deels vastleggen en automatiseren, als je daarvoor kiest.

Is er duidelijkheid over de consequenties (zowel voor de gevers als voor de ontvangers) voor de per land bestaande regelingen voor sociale zekerheid en belastingen? Laat je dat aan die overheden over of treed je in overleg?

Hoe is de positionering tov aanverwante initiatieven: kunnen meerdere BDF’s elkaar aanvullen, of sluiten ze elkaars deelnemende burgers uit, is er samenwerking of juist concurrentie, kunnen er fusies plaats vinden?

Wie vormen het bestuur, wie bepaalt hoe dat muteert en hoeveel van het bestuur en beheer kan via een blockchain vastgelegd worden?

Zijn er waarborgen dat het bestuur op den duur niet in handen komt van profiteurs of van een specifieke ideologie? Of moeten we het aan de ‘markt’ overlaten om het kaf van het koren te scheiden?

Denkbare inkomstenbronnen:

  • Privé-giften (dus kijken of daar belastingfaciliteiten voor zijn, per land?)
  • Sponsoring door bedrijven (krijgen die dan rechten?)
  • Bijdragen van overheden (mogen die dan eisen stellen?)
  • AI-DAO’s, geautomatiseerde machines zonder eigenaar
  • Opbrengsten uit slim beheer van het fondsvermogen (doen of juist niet?)
  • Zelf geld scheppen, bijvoorbeeld een virtuele of een crypto-munt

 

Fondsvorming en uitgaven

De term fonds suggereert dat er een vermogen is.
Dat hoeft niet. Je kunt ook elke periode precies uitgeven wat er binnenkomt. Met het risico van zeer grote fluctuaties, wat de zekerheid bij de ontvangende burgers niet ten goede komt.
Wil je wel een vermogen als buffer, dan moeten er regels zijn hoe hoog deze buffer moet zijn en daarmee ook of en hoe de hoogte van het BD fluctueert.

Er zijn in elk geval twee soorten uitgaven, namelijk de kosten van het systeem (inclusief organisatie en bestuurskosten) en de aan burgers uit te delen burgerdividenden (BD’s).
Hoe wordt deze splitsing bepaald?

De systeemkosten zijn een belangrijk punt van aandacht.

Aan de kant van de uitgaven aan BD’s is bepalend de aantallen deelnemende burgers en de hoogte  van het BD.
Hoe werf je deelnemers? Ga je gericht werven? Met welke prioriteit en waar? Mogen sponsors en overheden doelgroepen aanwijzen? Zijn er wachtlijsten als het fonds te klein wordt om alle deelnemers redelijk te bedienen?
Toets je of deelnemers zelf middelen hebben?
Uiteraard speelt hier ook de noodzaak fraude te voorkomen (dubbele identiteit, valse identiteit, adequate mutaties betreffende geboorte en overlijden).

Voor de hoogte van het BD is een vraag hoe je die laat fluctueren met de inkomsten en/of de stand van het vermogen. Hoe snel wil je maximaal stijgen en of dalen?
(Detail is natuurlijk ook welke periode je kiest – dagelijks, wekelijks, maandelijks, jaarlijks?).
Een andere vraag is of er differentiatie is. Houd je rekening met de levensstandaard per land of regio?  Krijgen kinderen even veel als volwassenen? Kan een sponsor of een overheid hogere bedragen claimen voor bepaalde doelgroepen?

Techniek en uitwerking

Er zijn ook allerlei keuzes over de uitwerking te maken, zoals
muntkeuze, software, banksysteem, PR en  bereik wereldwijd of juist beperkt tot een land of een regio.
Zowel de start, de ontwikkeling hiervan als het beheer behoeven aandacht.

Slot

Termen als burgerdividend, burgerschapsdividend en burgervergmogensfonds (of Engelse varianten rond het woord citizen) laten vooral zien dat het denkbaar is basisinkomen anders te financieren dan als een variant op de traditionele door de overheid geregelde sociale voorzieningen.
Als je dat echt gaat uitwerken, kom je wel een aantal problemen tegen die om een oplossing vragen, net als je die tegen komt bij het traditionele denken over invoering van basisinkomen.
Het is dus maar de vraag of de keuze van een andere term dan basisinkomen  de invoering echt dichterbij brengt.

Reyer Brons, december 2018

Ook Eric Binsbergen bepleit in zijn bijdragen  Ons basisinkomen volgens Rutger Bregman  en Avond over burgerschapsdividend in Amsterdam het vasthouden aan de term BASISINKOMEN.

Deze pagina is ook te vinden via http://burgerdividend.nl en/of http://burgerschapsdividend.nl

Het bericht Burgerdividend, burgerschapsdividend, burgervermogensfonds: anders denken over de financiering van basisinkomen. verscheen eerst op Vereniging Basisinkomen.

Het Grote Geld bedreigt onze democratie

Grote Geld

 

 

Het Grote Geld bedreigt onze economie, schrijft Joop Böhm, de overheid moet haar grondwettelijke taak terugpakken en weer zorgen voor bestaanszekerheid en spreiding van welvaart door de invoering van een basisinkomen voor iedereen.

 

 

Op zijn blogspot “Toegepaste Sociale Wetenschap” beschrijft Henk de Vos, emeritus universitair hoofddocent sociologie van de Rijksuniversiteit Groningen, in een serie afleveringen “De mensheidsgeschiedenis in drie stappen”. In deel 9, dat 27 november 2018 verscheen, laat hij zien hoe onze democratie wordt bedreigd door het Grote Geld.

Hij staat daarbij onder meer stil bij het werk van Thomas Piketty (2014) en John Kenneth Galbraith (1956). In het midden van de vorige eeuw ontwikkelde Galbraith zijn theorie van de tegengestelde machten (countervailing powers). Die hield in “dat er op markten machten kunnen ontstaan, waar een tegengestelde macht tegenover moet staan om economische schade te voorkomen.” Als die niet vanzelf ontstaat moet de overheid ingrijpen “door een herverdelingsbeleid met progressieve belastingheffing op inkomen en vermogen.”

In de praktijk zien we dat de Nederlandse overheid hierin schromelijk tekort is geschoten. Willens en wetens hebben de neoliberale kabinetten verzuimd een doelmatig herverdelingsbeleid toe te passen. Ze  schromen zelfs niet de macht van het Grote Geld te stimuleren. Beschamend!

Professor De Vos betoogt verder dat er in een geglobaliseerde economie een geglobaliseerde belastingheffing zou moeten zijn. De huidige politieke constellatie geeft daartoe echter nog weinig hoop. Hij besluit met: “En zolang die er niet is, ja, dan gaat dat proces van kapitaalsaccumulatie aan de top en stagnatie bij de rest gewoon door. Dat is dus niet alleen economisch schadelijk, maar tegelijk sterk bedreigend voor de democratie.”

Het huidige kabinet zou de woorden van professor De Vos serieus moeten nemen. Onze samenleving kraakt in al z’n voegen. Neoliberale regeringen privatiseerden alles wat los en vast zat en zagen sociaal beleid als sluitstuk. Op pensioenen, op gezondheidszorg, overal werd op gekort. De welvaart is weliswaar toegenomen, maar de ongelijkheid nog veel meer. De kloof tussen arm en rijk is groter dan ooit tevoren. Het huidige beleid werkt dat alleen maar in de hand. Mensen met een modaal inkomen of lager betalen de rekening.

Maar wat dan? Is er een oplossing voor dit probleem? Ik denk van wel.

De overheid zou zelf haar verantwoordelijkheid moeten nemen voor een aantal kerntaken in  de samenleving. Het is te gemakkelijk de ouderen- en ziekenzorg, energievoorziening, openbaar vervoer, sociale woningbouw, e.d. domweg aan de marktwerking over te laten. De praktijk bevestigt dat. In een democratie moet de macht van het geld liggen bij de overheid. De overheid heeft tot taak op simpele wijze het algemeen belang te dienen en de zwakkeren te beschermen.

Alle partijen hebben in feite dezelfde taak: Het behartigen van de belangen van de samenleving met inachtneming van het eerste lid van artikel 20 van onze Grondwet dat luidt: “De bestaanszekerheid der bevolking en spreiding van welvaart zijn voorwerp van zorg der overheid”.

De Amsterdamse burgemeester Femke Halsema wordt verweten dat ze de wet niet handhaaft. “De pot verwijt de ketel dat ie zwart ziet.” Immers: de regering licht er zelf de hand mee. Zowel links als rechts in de politiek heeft zich daar de afgelopen jaren schuldig aan gemaakt. De Nederlandse bevolking heeft wettelijk recht op een samenleving waarin de bestaanszekerheid wordt gewaarborgd en de welvaart eerlijk wordt gedeeld.

Met een simpele, doch weloverwogen, invoering van een Universeel Basisinkomen (UBI), dat hoog genoeg is voor een onbekommerd bestaan, is dat te verwezenlijken. De positieve effecten zullen legio zijn en niet lang na invoering van het stelsel merkbaar worden.

Ik noem er een aantal:

  • Armoede komt niet langer voor;
  • De koopkracht stijgt aanzienlijk;
  • Men heeft weer geld voor de vakbond, kunst en cultuur;
  • Bureaucratie neemt sterk af;
  • Schuldsanering is niet langer nodig;
  • Schuldhulpverlening behoort tot het verleden;
  • Personeelstekort in de zorg, bij de politie en in het bedrijfsleven komen tot staan;
  • Prestatiedruk neemt af;
  • De woningmarkt trekt aan;
  • Tekort aan woningen neemt af;
  • Criminaliteit vermindert enorm;
  • Tweedeling in de maatschappij vervaagt;
  • Solidariteit in de samenleving keert terug;
  • Links en rechts extremisme zal afnemen;
  • Volksgezondheid neemt toe;
  • Studieschulden verdwijnen of worden beperkt;
  • Gedetineerden betalen met hun UBI mee aan hun detentie;
  • Gedetineerden beschikken na vrijlating direct weer over geld (hun UBI);
  • Huiselijk geweld neemt sterk af;
  • Scheidingen zullen minder vaak voorkomen;
  • Het aantal dak- en thuislozen zal sterk verminderen;
  • Het aantal verwarde personen neemt ook af;
  • Het aantal eenzame personen vermindert eveneens;
  • Kunst en cultuur zullen opbloeien;
  • Een werkweek van 24 uur wordt mogelijk;
  • Het sociale leven zal tot bloei komen;
  • Aflossingsvrije hypotheken kunnen eerder worden afgelost;
  • Mensen voelen zich dan eindelijk serieus genomen;
  • Men voelt zich in ons land dan weer thuis als medeburger.

 

Dat maakt het de moeite waard zou ik denken!
Het overheidsgeld moet dus niet naar de gemeenten maar rechtstreeks naar de bevolking.

Met de invoering van een Universeel Staatspensioen (USP) tenslotte kan op simpele wijze de pensioenproblematiek worden getackeld!

Joop Böhm
Amersfoort, 29 november 2018

Het bericht Het Grote Geld bedreigt onze democratie verscheen eerst op Vereniging Basisinkomen.

Avond over burgerschapsdividend in Amsterdam

Burgerschapsdividend, een andere term voor basisinkomen, is in de publiciteit gebracht door Rutger Bregman via VPRO Tegenlicht.Eric Binsbergen luisterde in Amsterdam naar verhalen over dit onderwerp.

Naar aanleiding van de uitzending Ons basisinkomen volgens Rutger Bregman van VPRO Tegenlicht op 25-11-2018 was er op 28-11-2018 een Meet-up in Pakhuys de Zwijger in Amsterdam.
Zie hier de aankondiging en via deze link kun je gehele avond terugkijken en beluisteren.

Het was er heel druk, de zaal geheel gevuld met best wel veel jongeren, ik denk vooral studerende jongeren. De zaal stond in overgrote meerderheid positief tegenover het basisinkomen. Op de vraag van de moderator wie tegen het basisinkomen was, waren slechts drie handopstekers te tellen.
De zaal luisterde aandachtig naar alle verhalen van de podiumfiguren. Naast Rutger Bregman waren er de programmamaker Roland Duong, Harro Boven van de Jonge Democraten van D’66 en ondernemer, een filosoof van het WAAG Commons Lab Socrates Schouten, Janos Betko van de gemeente Nijmegen waar een experiment regelloze bijstand is gestart en tenslotte Saskia Nijs, o.a. columnist bij het Financieel Dagblad.

Zoals gezegd de zaal was nieuwsgierig naar de meningen en ideeën van alle sprekers en was er naar mijn indruk vooral op uit informatie op te halen. Maar om massaal allemaal aan de slag te gaan het basisinkomen in ons land van de grond te krijgen, nee, die dadendrang ontstond niet echt. En verwijzingen naar het bestaan van onze landelijke vereniging behaalde score zero. Pogingen mijnerzijds de microfoon aangereikt te krijgen om daar iets over te melden faalden, ik viel niet in de prijzen. Maar goed folders, van de vereniging had ik neergelegd en ook heb ik de jongerenfolder handmatig uitgereikt plus ons verhaal OPERATIE BASISINKOMEN waarop ook onze adressen staan aangegeven.

Moeilijk vind ik het iets te zeggen hoe ver het ermee staat, met het basisinkomen, burgerschapsdividend, gratis geld, basisinkomen in de vorm van een forse algemene heffingskorting, investeringssubsidie voor de gewone man, kers op de taart van het kapitalisme, garantieregeling sociale zekerheid zonder bemoeizucht van een wantrouwende overheid, grootschalige zuivering in staatsbureaucratische ‘overkill’, medicijn tegen ‘bullshitbanen’, etc. etc. of hoe ons basisinkomen ook moge heten of genoemd wordt – ja inderdaad BASISINKOMEN is de naam, laten wij dat vasthouden -.
Het basisinkomen spreekt inderdaad aan, men ziet vele voordelen maar bij onze politieke partijen staat het basisinkomen niet bovenaan en ook via de sociale media is nog geen ‘basisinkomenbeweging’ op gang gekomen. Er was wel iemand in de zaal die ons aanmoedigde hiermee aan de gang te gaan.

Het missiewerk is nog niet gedaan, op een bepaald moment werd gesproken over 10 jaar nog en een enkeling durfde 4 jaar te noemen. Maar de zaal gelooft erin, laten wij dat koesteren en ons motiveren ervoor te zorgen dat er echte stappen basisinkomen komen.

In het begin van bijeenkomst werd gemeld dat er ook op andere locaties Meet-ups plaatsvinden in vervolg op de uitzending van Tegenlicht. Zodra deze bekend zijn, worden ze vermeld in de agenda op de website van de VBi.

Eric Binsbergen, 30 november 2018

Eric is lid van het Basisteam Basisinkomen Amsterdam.
Hij schreef eerder een impressie over de Tegenlicht uitzending: Bregman’s burgerschapsdividend

Het bericht Avond over burgerschapsdividend in Amsterdam verscheen eerst op Vereniging Basisinkomen.

Avond over burgerschapsdividend in Amsterdam

Burgerschapsdividend, een andere term voor basisinkomen, is in de publiciteit gebracht door Rutger Bregman via VPRO Tegenlicht.Eric Binsbergen luisterde in Amsterdam naar verhalen over dit onderwerp.

Naar aanleiding van de uitzending Ons basisinkomen volgens Rutger Bregman van VPRO Tegenlicht op 25-11-2018 was er op 28-11-2018 een Meet-up in Pakhuys de Zwijger in Amsterdam.
Zie hier de aankondiging en via deze link kun je gehele avond terugkijken en beluisteren.

Het was er heel druk, de zaal geheel gevuld met best wel veel jongeren, ik denk vooral studerende jongeren. De zaal stond in overgrote meerderheid positief tegenover het basisinkomen. Op de vraag van de moderator wie tegen het basisinkomen was, waren slechts drie handopstekers te tellen.
De zaal luisterde aandachtig naar alle verhalen van de podiumfiguren. Naast Rutger Bregman waren er de programmamaker Roland Duong, Harro Boven van de Jonge Democraten van D’66 en ondernemer, een filosoof van het WAAG Commons Lab Socrates Schouten, Janos Betko van de gemeente Nijmegen waar een experiment regelloze bijstand is gestart en tenslotte Saskia Nijs, o.a. columnist bij het Financieel Dagblad.

Zoals gezegd de zaal was nieuwsgierig naar de meningen en ideeën van alle sprekers en was er naar mijn indruk vooral op uit informatie op te halen. Maar om massaal allemaal aan de slag te gaan het basisinkomen in ons land van de grond te krijgen, nee, die dadendrang ontstond niet echt. En verwijzingen naar het bestaan van onze landelijke vereniging behaalde score zero. Pogingen mijnerzijds de microfoon aangereikt te krijgen om daar iets over te melden faalden, ik viel niet in de prijzen. Maar goed folders, van de vereniging had ik neergelegd en ook heb ik de jongerenfolder handmatig uitgereikt plus ons verhaal OPERATIE BASISINKOMEN waarop ook onze adressen staan aangegeven.

Moeilijk vind ik het iets te zeggen hoe ver het ermee staat, met het basisinkomen, burgerschapsdividend, gratis geld, basisinkomen in de vorm van een forse algemene heffingskorting, investeringssubsidie voor de gewone man, kers op de taart van het kapitalisme, garantieregeling sociale zekerheid zonder bemoeizucht van een wantrouwende overheid, grootschalige zuivering in staatsbureaucratische ‘overkill’, medicijn tegen ‘bullshitbanen’, etc. etc. of hoe ons basisinkomen ook moge heten of genoemd wordt – ja inderdaad BASISINKOMEN is de naam, laten wij dat vasthouden -.
Het basisinkomen spreekt inderdaad aan, men ziet vele voordelen maar bij onze politieke partijen staat het basisinkomen niet bovenaan en ook via de sociale media is nog geen ‘basisinkomenbeweging’ op gang gekomen. Er was wel iemand in de zaal die ons aanmoedigde hiermee aan de gang te gaan.

Het missiewerk is nog niet gedaan, op een bepaald moment werd gesproken over 10 jaar nog en een enkeling durfde 4 jaar te noemen. Maar de zaal gelooft erin, laten wij dat koesteren en ons motiveren ervoor te zorgen dat er echte stappen basisinkomen komen.

In het begin van bijeenkomst werd gemeld dat er ook op andere locaties Meet-ups plaatsvinden in vervolg op de uitzending van Tegenlicht. Zodra deze bekend zijn, worden ze vermeld in de agenda op de website van de VBi.

Eric Binsbergen, 30 november 2018

Eric is lid van het Basisteam Basisinkomen Amsterdam.
Hij schreef eerder een impressie over de Tegenlicht uitzending: Bregman’s burgerschapsdividend

Het bericht Avond over burgerschapsdividend in Amsterdam verscheen eerst op Vereniging Basisinkomen.

Argumenten voor basisinkomen vanuit de optiek van welzijn en gezondheid

Naast een eerder overzicht van bezwaren tegen basisinkomen volgt nu een overzicht  van argumenten vóór basisinkomen.
Hieronder komen argumenten aan de orde onder het thema Welzijn en gezondheid.

Naast een uitgebreide verzameling van bezwaren tegen basisinkomen (en de weerlegging daarvan) maak ik nu ook een overzicht van argumenten vóór basisinkomen.
Opgemerkt zij dat sommige argumenten stoelen op feiten, andere zijn gebaseerd op overtuigingen waarvan niet vaststaat dat iedereen deze zonder nader onderzoek accepteert.
In deze bijdrage komen argumenten aan de orde onder het thema Welzijn en gezondheid.

1.
De bestaanszekerheid wordt met een basisinkomen verbeterd, met gunstige gevolgen voor de gezondheid.
Veel van de huidige sociale verzekeringen zijn gebaseerd op tijdelijke arrangementen, wat nogal wat onzekerheid veroorzaakt. Dat kan leiden tot allerlei negatieve effecten, zoals ziekteverschijnselen als gevolg van stress, alcoholisme en drugsverslaving, vastlopen van relaties.
De verbetering van de bestaanszekerheid door basisinkomen levert een hogere leefkwaliteit op met onder meer als resultaat een verbetering van de gezondheid en dus minder zorgkosten.

2.
Met de verbetering van de bestaanszekerheid door basisinkomen wordt het welzijn van mensen met een laag inkomen vergroot. Er zullen minder daklozen/zwervers/bedelaars komen, armoede die alle energie opslorpt zal grotendeels verdwijnen, de criminaliteit zal verminderen, noodvoorzieningen zoals de voedselbank worden wellicht overbodig, slechte arbeidsomstandigheden zullen minder voorkomen, slecht passende arbeid hoeft niet langer te worden geaccepteerd, vernederende bureaucratie komt te vervallen.

3.
Het verschil tussen langdurig verlof en pensioen zal bij een basisinkomen in belangrijke mate vervagen. Mensen kunnen op elk gewenst moment een werkpauze nemen. Als zij bovendien hun eigen pensioenpot op elk gewenst moment zouden mogen besteden (zoals de levensloopregeling van een tijdje geleden), ontstaat er op dit punt optimale flexibiliteit. Ook deeltijdverlof en deeltijdpensioen zijn dan makkelijker te regelen. Daarmee kunnen burn outs worden voorkomen en kunnen mensen uiteindelijk veel langer blijven doorwerken, waarmee ze niet het gevoel hoeven te krijgen als nutteloos aan de kant te zijn gezet.

4.
Het ziekteverzuim zal een stuk lager worden doordat mensen met een basisinkomen beter in staat zijn om werk te kiezen dat hen goed ligt, met als gevolg een hogere werksatisfactie. Een hoge werkdruk kan dan makkelijker worden verdragen, baaldagen zullen minder worden opgenomen en als de werkdruk te lang hoog blijft is een overstap naar ander werk makkelijker dan in het huidige systeem.

5.
Met een basisinkomen zullen mensen minder zinloze banen aanvaarden (ook wel aangeduid als flutbanen of bullshit jobs), waarmee allerlei negatieve gevoelens m.b.t. de status van hun werk worden voorkomen, hetgeen zal leiden tot meer welzijn.

6.
De toekomstverwachtingen van mensen worden minder somber, omdat werkloosheid en/of onbetaalde arbeid tot de mogelijkheden gaat behoren, een verandering van beroep makkelijker wordt en deeltijdwerk minder zware inkomensgevolgen heeft.

7.
Basisinkomen brengt in arme landen meer welvaart, met positieve gevolgen voor de gezondheid, niet alleen omdat er meer en beter voedsel kan worden gekocht maar ook omdat de stress wegens bestaansonzekerheid zal verminderen. Bovendien zal de behoefte afnemen om veel kinderen te krijgen die voor bestaanszekerheid moeten zorgen, waarmee voedseltekorten nog makkelijker kunnen worden bestreden.

Eerder verscheen een overzicht met argumenten vanuit de optiek van Waarden en Mensbeeld, Maatschappijvisie en Ideologie,  Economie en Geografie.
Dit overzicht wordt de komende tijd aangevuld met argumenten vanuit de optiek Arbeidsmarkt en Overheid en bureaucratie.

Reyer Brons, november 2018
foto: Pixabay

Het bericht Argumenten voor basisinkomen vanuit de optiek van welzijn en gezondheid verscheen eerst op Vereniging Basisinkomen.

Bregman’s burgerschapsdividend

In VPRO-Tegenlicht propageerde Rutger Bregman het burgerschapsdividend, een nieuwe term voor basisinkomen.
Eric Binsbergen vat zijn betoog samen en sluit af met wat kritische kanttekeningen.

Gisterenavond (25-11-2018) heb ik in Tegenlicht van de VPRO de one-man-show van Rutger Bregman bekeken over zijn burgerschapsdividend. Een term die hij wil gaan gebruiken in plaats van het veel meer gebruikelijke basisinkomen.
Vier jaar geleden startte Bregman zijn campagne voor het basisinkomen, toen met de term gratis geld, de titel van zijn boek over het basisinkomen. Met dit boek en zijn vele lezingen en ’pep-talks’ over zijn boek bracht hij wereldwijd nieuw elan teweeg over het inmiddels wat verstofte idee van een basisinkomen. Een prima initiatief. Achteraf, zo bekende hij gisteren, was de term gratis geld geen gelukkige. Of het met de door hem voorgestelde nieuwe term burgerschapsdividend (bsd) beter zal gaan?
Met de invoering van een bsd wordt bereikt dat de maatschappij gezonder wordt , minder ziektekosten maakt, de stress vermindert. Ook draagt het bsd bij tot meer en betere deelname aan onderwijs, tot innovatie en creativiteit. De burger zal meer initiatief en risico durven nemen: het bsd versterkt de arbeidsmarktpositie van lager- en middengroepen t.o.v. de hoogst betaalde salarisgroepen. Door de inkomensgarantie van het bsd hoeven die lager- en middengroepen zich minder afhankelijk op te stellen tegenover de machtigen der aarde die hun salaris bepalen.

Het zal allemaal wel wat extra kosten in den beginne, maar dat zal op den duur zich ruimschoots uitbetalen. Laten wij gaan investeren zoals Bregman poneert, investeren in een bsd. En daarbij, de huidige maatschappij kan blijkbaar met groot gemak financieren dat in deze tijd bijna 25% van de burgers zich bezig houdt –en betaald wordt- met bullshitbanen. Wat een geldverspilling en ook op andere manieren is geld voor financiering van het bsd te genereren: CO-2 belasting en torenhoge verhoging, tot 100%, van de erfbelasting. Dit laatste op grond van argumenten door Bregman ontleend aan de liberale voormannen van het eerste uur (eind 1800, begin 1900), die stelden dat het verwerven van welstand door keihard (betaald) werken door het individu bereikt moest worden en niet door erving van vermogen van ouders.

Tot zover naar mijn idee de essentie van het betoog van Rutger Bregman.
Ik vond de vorm van de Tegenlicht uitzending een soort one-man-show.  Zijn eerdere ‘gratis geld’ vervangen door een burgerschapsdividend, waarna hij meteen stevig verbinding maakte met voormannen van het liberalisme van meer dan 100 jaar geleden en bleef benadrukken dat het bsd de facto vooral liberaal zou zijn. Inderdaad, indien de erfbelasting naar 100% gaat, zullen de VVD stemmers voor  hun ‘heengaan’ er  uitstekend in zijn geslaagd hun vermogen voor die tijd naar hun kinderen te hebben overgeheveld, terwijl al die anderen hun bescheiden vermogens die vergaard zijn en in de meeste gevallen ook voor hun nageslacht  bedoeld, mogen zien verdampen.

Rutger voert in zijn one-manshow ook de bullshitbaan prominent op. Een kwart van de beroepsbevolking werkt betaald voor taken waar zij zich eigenlijk niet mee bezig willen houden. Zij gaan liever eigen bedrijfjes op richten en met de garantie van het bsd risico’s nemen, creatief en innovatief bezig zijn. Echter, het voorspellen van een massale overgang van burgers, nu met bullshit bezig en straks met hun dividend naar extra betaald zinvol, innovatief, creatief bezig zijn, is onzin en zal niet plaatsvinden. Het aantal burgers dat hecht aan structuur, zekerheid, niet te veel verandering tegelijk, behoud van het bekende is aanzienlijk en mag er ook zijn.

Ik begrijp niet waarom Rutger Bregman in zijn uitzending enkel  verbinding maakt met het liberalisme van 100 jaar terug.. Omdat dat liberalisme  voor gemotiveerd, veel en hard betaald werken zou zijn en afschaffing van het recht op vermogenserving door kinderen van ouders? Waarom wordt door hem geen hand uitgestoken naar Marx, socialistische en communistische voorgangers van 100 jaar terug.
Waarom laat hij geheel en al de mondiale hedendaagse basisinkomen beweging: UBIE, BIEN, onze eigen nationale vereniging Basisinkomen, ongenoemd? Waarom geen verwijzing naar  de Jong Democraten van D’66 die een concreet plan voor invoering van een basisinkomen opstelden.
Waarom wordt -behalve aan de VVD dan- geen serieuze oproep gedaan aan heel politiek Nederland (immers behalve de Vrijzinnige Partij omarmt  geen enkele politieke partij het basisinkomen) om ernst en tempo te maken met de afschaffing van een heel stuk bureaucratie van controleren van burgers op tandenborstels, het hen laten invullen van alsmaar meer formulieren, het in de gaten laten houden van welke nieuwe toeslagen er nu weer zijn bijgekomen en welke afgevallen of gewijzigd. Een bureaucratie die bij afschaffing  een flink deel van het benodigde geld voor een bescheiden basisinkomen op kan hoesten en tegelijk een afschaffing is, die ruimte maakt burgers vertrouwen in de overheid terug te geven en  energie geeft zelf iets van hun leven te gaan maken, betaald en onbetaald.

Kortom, veel wat Rutger Bregman in zijn one-man-show naar voren bracht deel ik zeker, maar hij zou meer verbinding hebben moeten maken met andere moderne gegadigden dan enkel liberale voorgangers van 100 jaar terug. En laat Rutger ook zijn schroom overwinnen en gewoon van basisinkomen spreken. Al die termen zoals gratis geld, burgerschapsdividend en nog andere, scheppen eerder onduidelijkheid dan duidelijkheid.

Een basisinkomen is een vast bedrag per maand voor iedere 18+-er, hoog genoeg om sober van te kunnen leven. Het basisinkomen is individueel en onvoorwaardelijk, er wordt geen tegenprestatie gevraagd. Betaald werken en het hebben van vermogen naast het basisinkomen zijn toegestaan. Lees ons artikel OPERATIE BASISINKOMEN op de website van de landelijke vereniging basisinkomen.nl en op onze eigen facebook pagina.

Eric Binsbergen
Basisteam basisinkomen Amsterdam
26 november 2018

Het bericht Bregman’s burgerschapsdividend verscheen eerst op Vereniging Basisinkomen.

Bregman’s burgerschapsdividend

In VPRO-Tegenlicht propageerde Rutger Bregman het burgerschapsdividend, een nieuwe term voor basisinkomen.
Eric Binsbergen vat zijn betoog samen en sluit af met wat kritische kanttekeningen.

Gisterenavond (25-11-2018) heb ik in Tegenlicht van de VPRO de one-man-show van Rutger Bregman bekeken over zijn burgerschapsdividend. Een term die hij wil gaan gebruiken in plaats van het veel meer gebruikelijke basisinkomen.
Vier jaar geleden startte Bregman zijn campagne voor het basisinkomen, toen met de term gratis geld, de titel van zijn boek over het basisinkomen. Met dit boek en zijn vele lezingen en ’pep-talks’ over zijn boek bracht hij wereldwijd nieuw elan teweeg over het inmiddels wat verstofte idee van een basisinkomen. Een prima initiatief. Achteraf, zo bekende hij gisteren, was de term gratis geld geen gelukkige. Of het met de door hem voorgestelde nieuwe term burgerschapsdividend (bsd) beter zal gaan?
Met de invoering van een bsd wordt bereikt dat de maatschappij gezonder wordt , minder ziektekosten maakt, de stress vermindert. Ook draagt het bsd bij tot meer en betere deelname aan onderwijs, tot innovatie en creativiteit. De burger zal meer initiatief en risico durven nemen: het bsd versterkt de arbeidsmarktpositie van lager- en middengroepen t.o.v. de hoogst betaalde salarisgroepen. Door de inkomensgarantie van het bsd hoeven die lager- en middengroepen zich minder afhankelijk op te stellen tegenover de machtigen der aarde die hun salaris bepalen.

Het zal allemaal wel wat extra kosten in den beginne, maar dat zal op den duur zich ruimschoots uitbetalen. Laten wij gaan investeren zoals Bregman poneert, investeren in een bsd. En daarbij, de huidige maatschappij kan blijkbaar met groot gemak financieren dat in deze tijd bijna 25% van de burgers zich bezig houdt –en betaald wordt- met bullshitbanen. Wat een geldverspilling en ook op andere manieren is geld voor financiering van het bsd te genereren: CO-2 belasting en torenhoge verhoging, tot 100%, van de erfbelasting. Dit laatste op grond van argumenten door Bregman ontleend aan de liberale voormannen van het eerste uur (eind 1800, begin 1900), die stelden dat het verwerven van welstand door keihard (betaald) werken door het individu bereikt moest worden en niet door erving van vermogen van ouders.

Tot zover naar mijn idee de essentie van het betoog van Rutger Bregman.
Ik vond de vorm van de Tegenlicht uitzending een soort one-man-show.  Zijn eerdere ‘gratis geld’ vervangen door een burgerschapsdividend, waarna hij meteen stevig verbinding maakte met voormannen van het liberalisme van meer dan 100 jaar geleden en bleef benadrukken dat het bsd de facto vooral liberaal zou zijn. Inderdaad, indien de erfbelasting naar 100% gaat, zullen de VVD stemmers voor  hun ‘heengaan’ er  uitstekend in zijn geslaagd hun vermogen voor die tijd naar hun kinderen te hebben overgeheveld, terwijl al die anderen hun bescheiden vermogens die vergaard zijn en in de meeste gevallen ook voor hun nageslacht  bedoeld, mogen zien verdampen.

Rutger voert in zijn one-manshow ook de bullshitbaan prominent op. Een kwart van de beroepsbevolking werkt betaald voor taken waar zij zich eigenlijk niet mee bezig willen houden. Zij gaan liever eigen bedrijfjes op richten en met de garantie van het bsd risico’s nemen, creatief en innovatief bezig zijn. Echter, het voorspellen van een massale overgang van burgers, nu met bullshit bezig en straks met hun dividend naar extra betaald zinvol, innovatief, creatief bezig zijn, is onzin en zal niet plaatsvinden. Het aantal burgers dat hecht aan structuur, zekerheid, niet te veel verandering tegelijk, behoud van het bekende is aanzienlijk en mag er ook zijn.

Ik begrijp niet waarom Rutger Bregman in zijn uitzending enkel  verbinding maakt met het liberalisme van 100 jaar terug.. Omdat dat liberalisme  voor gemotiveerd, veel en hard betaald werken zou zijn en afschaffing van het recht op vermogenserving door kinderen van ouders? Waarom wordt door hem geen hand uitgestoken naar Marx, socialistische en communistische voorgangers van 100 jaar terug.
Waarom laat hij geheel en al de mondiale hedendaagse basisinkomen beweging: UBIE, BIEN, onze eigen nationale vereniging Basisinkomen, ongenoemd? Waarom geen verwijzing naar  de Jong Democraten van D’66 die een concreet plan voor invoering van een basisinkomen opstelden.
Waarom wordt -behalve aan de VVD dan- geen serieuze oproep gedaan aan heel politiek Nederland (immers behalve de Vrijzinnige Partij omarmt  geen enkele politieke partij het basisinkomen) om ernst en tempo te maken met de afschaffing van een heel stuk bureaucratie van controleren van burgers op tandenborstels, het hen laten invullen van alsmaar meer formulieren, het in de gaten laten houden van welke nieuwe toeslagen er nu weer zijn bijgekomen en welke afgevallen of gewijzigd. Een bureaucratie die bij afschaffing  een flink deel van het benodigde geld voor een bescheiden basisinkomen op kan hoesten en tegelijk een afschaffing is, die ruimte maakt burgers vertrouwen in de overheid terug te geven en  energie geeft zelf iets van hun leven te gaan maken, betaald en onbetaald.

Kortom, veel wat Rutger Bregman in zijn one-man-show naar voren bracht deel ik zeker, maar hij zou meer verbinding hebben moeten maken met andere moderne gegadigden dan enkel liberale voorgangers van 100 jaar terug. En laat Rutger ook zijn schroom overwinnen en gewoon van basisinkomen spreken. Al die termen zoals gratis geld, burgerschapsdividend en nog andere, scheppen eerder onduidelijkheid dan duidelijkheid.

Een basisinkomen is een vast bedrag per maand voor iedere 18+-er, hoog genoeg om sober van te kunnen leven. Het basisinkomen is individueel en onvoorwaardelijk, er wordt geen tegenprestatie gevraagd. Betaald werken en het hebben van vermogen naast het basisinkomen zijn toegestaan. Lees ons artikel OPERATIE BASISINKOMEN op de website van de landelijke vereniging basisinkomen.nl en op onze eigen facebook pagina.

Eric Binsbergen
Basisteam basisinkomen Amsterdam
26 november 2018

Het bericht Bregman’s burgerschapsdividend verscheen eerst op Vereniging Basisinkomen.