Het Basisinkomen Bezongen – Het goeie leven

joeri-en-yara

joeri-en-yara

Yara en Pharao maakten een liedje over het basisinkomen; Het Goeie Leven. Het is al in zes talen vertaald.

Zangeres Yara kwam op Google toevallig op de site van de Vereniging Basisinkomen. Het basisinkomen is een vast maandelijks inkomen, dat de overheid aan iedere burger verstrekt zonder daar voorwaarden aan te stellen. Yara, “Dat vond ik intrigerend. Dit is de bevrijding van de mensen, van de aarde, besefte ik. Je hoeft niet meer alleen te werken voor het geld, met het basisinkomen kun je ook werken vanuit je hart.”
“Ik was teleurgesteld door mijn werk. Ik heb human resources management gestudeerd en kreeg een baan bij uitzendbureau Randstad als accountmanager. Jongeren met minder opleiding dan mbo-4 mocht ik niet inschrijven. Ik heb daardoor hele familiedrama’s meegemaakt. Randstad is toch een commercieel bedrijf. Daarom solliciteerde ik bij de andere kant, de Sociale Zekerheid waar ik als reïntegatieconsulent aan de slag kon.” “Daar kreeg ik die jongeren voor mij die ik bij Randstad moest afwijzen. Maar ook hier kon ik ze niet echt helpen. Ik kon ze een traject aanbieden maar daar schoten ze weinig mee op. Na een tijd stonden ze weer op straat nog steeds zonder startkwalificatie. Het ging ook bij dit werk om de cijfers.”

“Ik worstelde dus met allerlei ethische vragen toen ik het basisinkomen tegenkwam. Dan begrijp je waarom ik zo enthousiast was.”“Er bestaat een Vereniging Basisinkomen. Ik heb de voorzitter gebeld met de vraag of ik iets zou kunnen doen voor de vereniging. Mijn hele leven heb ik zang- en muziekles gehad, ik kan goed zingen misschien kon ik daar iets mee doen.”“Ik heb toen Pharao benaderd. Zo ontstond het idee om een liedje te maken. In de jaren zeventig had je nog protestliederen. Nu brengen we dat genre terug met een radicaal maar toch licht liedje. Adriaan Planken, de voorzitter was meteen enthousiast en gaf ons carte blanche.”

“Het liedje is al in zes talen vertaald. We krijgen heel verschillende reacties op onze clip. Sommige mensen zijn meteen enthousiast, anderen vinden ons maffe communisten. Op de sites Joop.nl en daskapital.nl zijn hele discussies over het basisinkomen ontstaan naar aanleiding van onze clip. Zo wordt het basisinkomen ook onder jongeren bekend. Dat is precies de bedoeling.”

Joeri Oltheten alias rapper Pharao: “Een jaar geleden kwam Yara heel enthousiast bij mij met het idee van een basisinkomen. Ik heb bedrijfseconomie gestudeerd aan de Universiteit van Amsterdam maar daar had ik in die hele studie nog nooit van gehoord. Dat is tekenend voor de manier waarop economie wordt gedoceerd.
Je leert vooral hoe je wiskundige modellen toe moet passen.” “Economen waren verrast toen de crisis in 2008 losbarstte. Hoe kon dat? Alles was toch zo goed uitgerekend? Studenten wereldwijd hebben zich verenigd en eisen een ander soort economie onderwijs. Economie moet mensen dienen en niet andersom.”

“Individualisme en concurrentie, daar is onze economie op gestoeld. Het idee van een basisinkomen staat daar lijnrecht tegenover met solidariteit, empathie en compassie als kernwaarden. Het is geen luchtkasteel. Het is heel goed te betalen als je het belastinggebouw op een andere manier inricht. In plaats van belasting op arbeid te heffen zou je belasting kunnen heffen op vermogen. Sowieso bezuinig je miljarden op de uitvoering van de sociale zekerheid. Die wordt grotendeels overbodig. Het is een kwestie van politieke wil.”

“Ik heb bij een bedrijf gewerkt met een vriend. We voelden ons daar niet echt op onze plaats. Daarom besloten we zelf in 2008 een bedrijf te starten, Cinqo. We ondersteunen allerlei bedrijven op het gebied van sales, marketing en strategie. Dat loopt prima. Daarnaast ben ik rapper onder de naam Pharao. Ik schrijf zelf mijn teksten. Econoom, ondernemer, rapper, dat komt allemaal prachtig samen in ons lied over het basisinkomen. Hoe zou het leven eruit kunnen zien als het basisinkomen zou worden ingevoerd? Dat is het idee erachter.”

“Daarom heet het ook Het Goeie Leven. Ik wist dat Yara heel mooi kan zingen.
Sinds de clip is uitgekomen vorig jaar krijg ik uitnodigingen vanuit het hele land om presentaties te geven over het basisinkomen. Vooral jongerenafdelingen van politieke partijen zijn geïnteresseerd. Straks ga ik naar de Rode Hoed om op het Platform Duurzame en Solidaire Economie het basisinkomen toe te lichten en in september komen we in Tegenlicht op televisie. Zo laten we het basisinkomen rondzingen.”

>

Het bericht Het Basisinkomen Bezongen – Het goeie leven verscheen eerst op Vereniging Basisinkomen.

8 augustus 2014

Wie regelmatig de “Daily Basic Income Paper” doorneemt en daarnaast ook nog Blendle (“alerts”: armoede, minima en basisinkomen) en last but not least “De Correspondent”, is de laatste weken veel tegengekomen wat van belang is voor de begripsvorming en registratie van de actualiteit rond het basisinkomen. Min of meer in willekeurige volgorde is het volgende gebeurd: De Scottish

[continue reading…]

Het bericht 8 augustus 2014 verscheen eerst op Vereniging Basisinkomen.

Reactie op de discussie tussen Marcel Canoy en Bas Jacobs

De discussie over het basisinkomen en de negatieve conclusie die Bas Jacobs trekt inzake de ev. invoering geeft mij aanleiding om op een paar zaken te wijzen, die met betrekking tot de invoering van een OBi (Onvoorwaardelijk Basisinkomen) wezenlijk zijn en die in de discussie niet aan bod komen. Het betreft hier in de eerste

[continue reading…]

Het bericht Reactie op de discussie tussen Marcel Canoy en Bas Jacobs verscheen eerst op Vereniging Basisinkomen.

Stadjers rijp voor een basisinkomen

logo-noorderzon-2014

logo-noorderzon-2014Vijf Groningers,  willen een experiment met basisinkomen in de stad Groningen. De ondernemers werken het plan uit op Noorderzon en LetsGro.

Wij weten natuurlijk allemaal wat een onvoorwaardelijk basisinkomen is (OBI/UBI) maar hier nog even op een rijtje:

Bij een onvoorwaardelijk basisinkomen krijgt iedereen geld van de overheid. Wie meer wil verdienen, blijft gewoon werken. Er zijn geen voorwaarden, verplichtingen en regels aan verbonden, zoals bij een uitkering. Controle is er ook niet. Het bedrag  moet hoog genoeg zijn om op redelijke wijze in de maatschappij te kunnen deelnemen (huis, eten, internet, club, bijvoorbeeld)

Het idee bestaat al eeuwen (hier een overzicht) en roept zowel enthousiasme als argwaan op, bij links en rechts. Proefnemingen elders in de wereld verliepen soms verrassend positief. Volgens de Groningers schreeuwen wetenschappers om een langdurig experiment op een geschikte plaats.

„Er wordt de laatste tijd heel veel over het idee gesproken en volgens ons zijn stad én provincie Groningen perfect voor een test”, zegt Jan Willem Wennekes van initiatiefnemer MIES (mieslab.nl). In die Maatschappij voor Innovatie van Economie en Samenleving zijn de initiatiefnemers verenigd.

Bij Noorderzon (29 augustus, 16.00 uur, Desdemona tent) praten Kamerlid Liesbeth van Tongeren (GroenLinks) en de Utrechtse econoom Loek Groot over het belang van een experiment. Tijdens toekomstfestival LetsGro in november werkt MIES het idee verder uit, met experts en bezoekers.

Wennekes: „Wij willen nadrukkelijk geen debat tussen voor- en tegenstanders, maar een gesprek over de randvoorwaarden voor een experiment. In theorie kun je er van alles voor en tegen verzinnen, maar dit soort dingen kun je alleen in de praktijk goed testen. Wetenschappers willen graag meedoen omdat ze vinden dat politieke beslissingen veel te veel worden genomen op basis van intuïtie in plaats van kennis.”

 

Het bericht Stadjers rijp voor een basisinkomen verscheen eerst op Vereniging Basisinkomen.

Tegenlicht MeetUp over basisinkomen

tegenlicht

tegenlichtIn september 2013 zijn Pakhuis de Zwijger en VPRO Tegenlicht gestart met een reeks bijeenkomsten, zogenaamde Tegenlicht Meet Ups. Een paar dagen na uitzending van de Tegenlichtdocumentaires wordt nagepraat over het thema, vaak in relatie tot Nederland of de actualiteit.

Dit voorjaar stelden we tijdens de Meet Up met Rutger Bregman de vraag of de tijd inmiddels rijp is voor een basisinkomen. Volgens het overgrote deel van het publiek wél, de experts werden het echter niet eens: er is onvoldoende recentelijk onderzoek naar de haalbaarheid en betaalbaarheid van dit ‘gratis geld’. Tegenlicht dook daarop in de materie, liet het basisinkomen doorrekenen en bezocht het Canadese Dauphin om te kijken wat voor effecten een pilot in de jaren zeventig teweeg heeft gebracht.

Deze aflevering komt op zondag 21 september op tv. Op woensdag 24 september organiseren we wederom een Meet Up over het onderwerp, waarin over deze aflevering wordt doorgepraat met diverse sprekers.

Hier vindt u alle informatie: dezwijger.nl/tegenlicht25
Aanmeldingen gaan ook via deze website, de toegang is gratis.

 

Het bericht Tegenlicht MeetUp over basisinkomen verscheen eerst op Vereniging Basisinkomen.

BIEN Announces An “Ask Me Anything” series of internet events on International Basic Income Week

iRedditIconBIEN will organize a series of Internet events on the Seventh Annual International Basic Income Week, September 15-21, 2014. Each event will be an “Ask Me Anything” (also know as AMA or sometimes as “As Us Anything”). In these events, an expert in a given topic promises to be available for a given amount of time to type answers to questions submitted from anyone around the world. The AMAs will appear on Reddit, which calls itself, “The Front Page of the Internet.” Reddit is one of the world’s most popular websites, last year receiving 731 million unique visitors and 56 billion page views.

For the 7 days of Basic Income Week, BIEN, together with the Basic Income community on Reddit, plan to promote an expansive series of AMAs including participants from around the world, in various languages, and on various different topics related to basic income.

Reddit is a website where people can post discussion or link to texts. Users can vote and comment on all content. It is divided into about 500,000 different communities (called “subreddits”) of varying sizes and topics. Each subreddit is a continuing discussion, going 24 hours a day, with people posting and responding. The Basic Income subreddit has recently experienced enormous growth, rising from 50 users last summer to over 15,000 today, and now ranking 1,626th out of over 5,400 active subreddits.

AMAs are hosted on a subreddit called IAMA, one of the most popular of Reddit’s subreddits with over 5.9 million subscribers. The popularity of the AMA lies in its anything goes nature. It’s like having an interview with thousands of people; any question can be asked and candor is greatly valued. A successful AMA can be read by hundreds of thousands of people and draw thousands of comments.

BIEN will schedule at least one AMA per day, perhaps several a day, throughout Basic Income Week, starting September 15 and concluding September 21. Some of these will take place in the IAMA subreddit and BasicIncome subreddit, but most will take place in some of the many other subreddits available, based on location like (perhaps Ireland, Europe, Korea, etc.), or focus of interviewee (perhaps Economics, politics, Psychology, etc.) or by language (perhaps French, German, Japanese, etc.). More Information will be released soon.

The Basic Income Subreddit is online at: http://www.reddit.com/r/BasicIncome/

Information about the grown of the BI Subreddit is online at: http://redditmetrics.com/r/BasicIncome

The IAMA subreddit is online at: http://www.reddit.com/r/IAmA

 

Source: http://binews.org/2014/08/bien-announces-an-%E2%80%9Cask-me-anything%E2%80%9D-series-of-internet-events-on-international-basic-income-week-is-coming-up-on-september-15-21/

Gratis geld voor iedereen. En nog vijf grote ideeën die de wereld kunnen veranderen

 

gratis geldOp de eerste dag van de Week van het Basisinkomen komt het boek uit dat Rutger Bregman heeft geschreven over zijn ideeën.

15 september is het eerste boek beschikbaar dat De Correspondent gaat uitgeven: Gratis geld voor iedereen. En nog vijf grote ideeën die de wereld kunnen veranderen,

Het probleem is niet dat we het niet goed hebben, het probleem is dat we niet weten hoe het beter kan.

Dat is de stellige overtuiging van Rutger Bregman, onze correspondent Vooruitgang. Sinds de lancering van De Correspondent schrijft hij over de noodzaak van utopisch denken. In deze tijd, met koopkracht als laatste ideaal, schetst hij nieuwe vergezichten. Van een basisinkomen voor iedereen (Waarom we iedereen gratis geld moeten geventot een werkweek van vijftien uur, (De oplossing voor bijna alles: minder werkenvan een wereld zonder grenzen (Waarom we alle grenzen moeten openzetten) tot een wereld zonder armoede. (Het tijdperk van feitenvrije ontwikkelingshulp is voorbij)

Jullie verslonden zijn stukken en deelden ze met talloze vrienden. The Washington Post vertaalde en publiceerde (‘Free money might be the best way to end poverty’) zijn verhaal over het basisinkomen. In totaal zijn Rutgers verhalen op decorrespondent.nl nu door 1,3 miljoen mensen gelezen. Een ongelooflijk aantal.

Begin dit jaar vertelde Rutger dat hij de zes grootste ideeën die hij in zijn tuin  (Bekijk Rutgers tuin) ontwikkelde, verder zou willen uitwerken in een boek. Toen dachten wij: laten we dat dan zelf uitgeven. Want een boek is een logische volgende stap in het journalistieke proces dat we voor ogen hebben, namelijk dat een correspondent zijn tuin gebruikt om samen met leden (Zie hier bijvoorbeeld een gastbijdrage van een De Correspondent-lid in Rutgers tuin) ideeën te bespreken en die vervolgens te verwoorden in diepgravende artikelen. Of in een documentaire, zoals Rutger samen het VPRO-programma Tegenlicht in februari de uitzending De Noodzaak van een Utopie maakte.

Het boek is te koop in de kiosk van de correspondent. €7 voor een DRMvrije e-book PDF en/of €18 voor een echt papieren boek

https://decorrespondent.nl/1520/Goedkope-en-deelbare-ebooks-voor-iedereen-De-Correspondent-geeft-haar-eerste-boek-uit/42853360-7b7ab634

Dit zeggen anderen over Rutgers boek:

Adriaan van Dis: ‘Houd de geest lenig, schuif het denkraam open en betreed de utopie van Bregman. Utopie? Nee, een werkelijkheid waar ik morgen in wil leven.’

Daan Roosegaarde: ‘Investeren in nieuwe dromen, dát is ons nieuwe kapitaal. Bregman begint alvast.’

René Gude, Denker des Vaderlands: ‘Moet de wereld slecht zijn om ‘m te kunnen verbeteren? Dan hebben we een probleem, want er gaat objectief veel goed. Rutger Bregman laat zien hoe je aan vooruitgang kunt werken in een samenleving die al veel bereikt heeft.’

Het bericht Gratis geld voor iedereen. En nog vijf grote ideeën die de wereld kunnen veranderen verscheen eerst op Vereniging Basisinkomen.

Alles draait om zelfbeschikking – Semler en Basisinkomen

Semco-stijl

Ricardo SemlerOp 24 juni 2014 was Ricardo Semler op uitnodiging van De Baak in Nederland. Iemand uit de denktank van de Vereniging Basisinkomen vroeg zich af of er overeenkomst is tussen de ideeën van Semler en het basisinkomen. Een verkenning.

In de aflevering van Tegenlicht (4 februari 2013)[1]  zien we werknemers om 11.00 uur ’s morgens in hun hangmat liggen, niet omdat ze niets te doen hebben maar omdat ze daar gewoon even zin in hebben en gehoor geven aan hun behoefte om even tot zichzelf te komen. Een eind verderop zien we kinderen van een basisschoolklas op democratische wijze besluiten wat ze die dag gaan doen. Het is allemaal de invloed van Ricardo Semler, de succesvolle ondernemer van het Braziliaanse bedrijf Semco en de oprichter van de democratische school Lumiar.

Het is al weer ruim 15 jaar geleden dat ik het boek “Semco-stijl” van Ricardo Semler las. Ik heb het er weer eens bij gepakt en ik ben wederom verrast over wat er in staat. En dan bedoel ik niet letterlijk de inhoud maar de hoeveel elementen die ik in mijn dagelijks leven inmiddels heb geïmplementeerd. Ik was haast vergeten dat het boek mij indertijd zo heeft geïnspireerd. De manier waarop Semler aankijkt tegen de mens, zijn ideeën over democratie, hoe hij denkt over samenwerken en het functioneren van organisaties was nieuw in de vorige eeuw, maar heeft mij gegrepen op zo’n manier dat ik niet meer op een andere manier zou kunnen leven.

De Semco-stijl
Semco-stijlRicardo Semler nam op 21-jarige leeftijd de machinefabriek over van zijn vader, nadat hij ernstig met hem in conflict was gekomen. Ricardo vroeg zich namelijk af waarom organisaties zo saai zijn en concludeerde dat mensen daar helemaal niet gelukkig van worden en ongemotiveerd raken en daar wilde hij wat aan doen. Zijn vader was een stuk traditioneler en was het derhalve niet eens met zijn nieuwe stijl van leidinggeven. Het conflict eindigde in het vertrek van zijn vader.

Het bedrijf Semco onderscheidt zich van andere bedrijven door de managementstijl die uitgaat van de kernwaarden ‘openheid’, ‘vertrouwen’ en ‘liefde’. Werknemers worden als volwassenen beschouwd en als gelijken behandeld. Iedereen krijgt het vertrouwen en volledige openheid ten aanzien van de bedrijfsvoering. Mensen zijn vrij om hun eigen werktijden in te richten en bepalen zelf hoe ze hun werk doen op een manier die bij ze past. Controle is niet nodig, want het wordt op democratische wijze door de werknemers onderling afgesproken. De enige voorwaarde is dat het werk op het overeengekomen tijdstip klaar is. Zelfs het salaris wordt door de medewerkers zelf bepaald en iedereen deelt mee in de winst.

Geen controle
Een belangrijke verandering die Semler doorvoerde is dat de Tayloriaanse manier van werken, ieder verantwoordelijk voor een klein stukje van het proces, werd afgeschaft ten gunste van de zelfsturende teams. Hierdoor wordt de verantwoordelijkheid in het proces veel lager in de organisatie neergelegd en ontstaat ruimte voor eigen inbreng. Het is de filosofie van Semler dat als mensen de vrijheid krijgen ze zich vanzelf daarnaar gedragen en meer verantwoordelijkheid nemen voor hun handelingen. Daar past volgens hem ook geen controle bij.

springende_vrouwDit gezegd hebbende is direct de brug geslagen naar het onvoorwaardelijk basisinkomen. Door het basisinkomen wordt de eigenzeggenschap van mensen gestimuleerd. Met een basisinkomen krijgen mensen meer vrijheid om hun leven in te richten zoals ze dat zelf het liefste willen.
Het basisinkomen maakt arbeid en inkomen los van elkaar en geeft de keuzevrijheid om het werk te doen wat bij je past op het moment dat het voor jou schikt en op de manier waarop jij dat prettig vindt. Zonder bureaucratische rompslomp en zonder controle. Dat ligt helemaal in lijn met de boodschap van Semler die luidt:
Geef mensen zelfbeschikking en ze zijn gelukkig!

Taak voor de politiek
Het wordt hoog tijd dat onze politiek de ogen en oren openzet voor de boodschap van de meest succesvolle ondernemer van Zuid-Amerika Ricardo Semler. In het interview[2] dat Tegenlicht had met Semler begin 2013 zegt hij zelf dat Nederland, samen met de Scandinavische landen, bij uitstek geschikt en volwassen genoeg is om een post-kapitalistisch systeem zonder controle op te zetten. De kenmerken van het basisinkomen stemmen wonderwel overeen met deze gedachte.

Semler is het levend voorbeeld van mensen de vrijheid geven en zichzelf overbodig maken. Zodra burgers als mondig en volwassen worden beschouwd en ze de vrijheid krijgen dan gaan ze zich vanzelf als verantwoordelijke burgers gedragen. Dus als onze overheid haar zaakjes zo inricht als Semler dat heeft gedaan wordt het leven van onze overheid een stuk makkelijker en de burgers een stuk gelukkiger. Waar wachten we nog op?

Het volledige interview is hieronder[3] te bekijken.

 

Jolanda Verburg
http://jolandaverburg.blogspot.nl/2014/07/alles-draait-om-zelfbeschikking.html

 

[1] http://tegenlicht.vpro.nl/afleveringen/2012-2013/Semler.html

[2] https://www.youtube.com/watch?v=lLGQ3f3qb_M

[3] https://www.youtube.com/watch?v=USC1RE8jE50

Het bericht Alles draait om zelfbeschikking – Semler en Basisinkomen verscheen eerst op Vereniging Basisinkomen.

Reactie op Bregmans “Moet je een bedelaar geld geven?”

bedelaar

bedelaar

14 juli 2014 publiceerde Rutger Bregman weer eens artikel in “De Correspondent”, dat uit mijn hart gegrepen is. Titel: “Moet je een bedelaar geld geven?”

De strekking ervan is, dat van Mexico tot Zuid-Afrika en van India tot Brazilië uit onderzoek keer op keer blijkt dat gratis geld helpt. “Het is zelfs een van de best onderzochte vormen van armoedebestrijding. Tal van studies van over de hele wereld laten zien dat het zowel op de lange als op de korte termijn, zowel op grote als op kleine schaal, een zeer succesvol en efficiënt instrument is. Natuurlijk, mensen met geld maken zich nogal eens druk of mensen zonder geld wel met geld kunnen omgaan”. Maar is dit ‘verspilling’ – “een dakloze die een pakje Marlboro koopt, of de welgestelde die de helft van zijn eten weggooit en de meeste kleren in zijn inloopkast nooit draagt? Hoe het ook zij: de meeste armen weten dondersgoed hoe ze hun geld moeten besteden.

Onderzoekers van de Wereldbank rapporteerden onlangs dat in 82 procent van de onderzochte gevallen (in Afrika, Latijns-Amerika en Azië) de alcohol- en tabaksconsumptie zelfs daalt als je armen gratis geld geeft. Sterker nog, in Liberia onderzocht Blattman wat er gebeurt als je 200 dollar geeft aan de minst verantwoordelijke armen die je maar kunt vinden: alcoholisten, drugsverslaafden en criminelen in sloppenwijken. Drie jaar later bleek dat ze hun geld hadden besteed aan voedsel, kleren, medicijnen en het opzetten van nieuwe bedrijfjes. ‘Als zelfs deze mannen hun gratis geld niet verspillen’, schreef Blattman, ‘wie zou het dan nog wel doen?’ Armen in rijke landen misschien? In 2007 experimenteerde New York nog met cash tranfers voor arme gezinnen. Toegegeven, het experiment was nogal bureaucratisch opgezet, met maar liefst 22 verschillende handelingen waarmee iets kon worden verdiend (denk aan: je kind naar school sturen, naar de tandarts gaan, een examen halen). Toch leverde het programma een paar mooie resultaten op: armoede en honger namen af, er werd meer gespaard, er werd beter gepresteerd op de middelbare school en ouders gingen meer werken. De hoofdonderzoeker concludeerde dat gratis geld ook in rijke landen ‘een verschil kan maken in de levens van arme gezinnen.’

Geld is flexibel. Geld is efficiënt. Het leukste aan geld is dat je er dingen mee kunt kopen die je nodig hebt, in plaats van dingen waarvan experts denken dat je ze nodig hebt. Talloze hulporganisaties en overheden denken nog dat zij het beste weten wat goed is voor hun armen. Dan investeren ze bijvoorbeeld in scholen, zonnepanelen of koeien. En natuurlijk, een koe is beter dan geen koe. Maar wat mag het kosten? Blattman verwijst naar een Rwandese studie die schat dat het doneren van één zwangere koe, inclusief koeienmelkcursus, zo’n 3000 dollar kost. Dat staat in Rwanda gelijk aan vijf jaarinkomens. Of neem de wirwar aan cursussen die aan armen wordt aangeboden in opkomende landen: steeds blijkt dat ze veel kosten en weinig opleveren, of het nu gaat om leren vissen, lezen of ondernemen.

Ook westerse overheden geven graag spullen, bonnen of cursussen, om te voorkomen dat arme mensen domme dingen kopen. Maar uit steeds meer onderzoek blijkt dat deze paternalistische aanpak niet deugt. Mexico experimenteerde onlangs nog met gratis geld in plaats van voedselbonnen. En waar werd dat geld vervolgens aan uitgegeven? Je raadt het al: voedsel. Er was wel één belangrijk verschil: van iedere peso aan voedselbonnen ging 20 cent op aan bureaucratie. In het het geval van de cash transfer was dat slechts 2 cent.

Toch blijft de vraag staan: moet je geld geven aan bedelaars? Natuurlijk, een paar euro voor een dakloze in Nederland is niet vergelijkbaar met de grootschalige onderzoeken naar het effect van cash tranfers. En het lijkt me ook een beter idee om geld te geven op basis van objectieve gegevens, in plaats van op hoe zielig iemand er toevallig uitziet.

Maar het werk van wetenschappers als Blattman zet wel aan het denken. Zou het niet een goed idee zijn om ook in Nederland te onderzoeken wat er gebeurt als je armen zomaar geld geeft? En dan zonder het hele bureaucratische en betuttelende apparaat dat we de verzorgingsstaat noemen?” Tijd voor een experiment concludeert RB dan ook.

Hij suggereert er een in de vorm dat een fonds, bank of andere geldschieter zo’n experiment zou kunnen financieren. “Dat zou een mooi staaltje maatschappelijk verantwoord ondernemen zijn.”

Meerdere vormen van experiment met gratis geld, zoals Rutger Bregman het noemt, oftewel cash transfer, oftewel een Onvoorwaardelijk Basisinkomen zijn mogelijk. Het best gedocumenteerde en wetenschappelijk opgezette experiment is volgens mij tot nog toe dat wat in India onder begeleiding van Guy Standing in samenwerking met SEWA (Self Employed Women’s Association) is uitgevoerd en gepubliceerd.

Hopelijk zullen we in staat zijn in Nederland een even goed experiment op te zetten en uit te voeren. Ok hoop ik, dat alle mensen die op een experiment met het basisinkomen uit zijn dit op dezelfde manier zullen willen doen en de krachten zullen willen bundelen.

Zie voor heel het oorspronkelijke artikel met bronververmeldingen: “https://decorrespondent.nl/1434/Moet-je-een-bedelaar-geld-geven-/80967784260-f5fbc5f7

Het bericht Reactie op Bregmans “Moet je een bedelaar geld geven?” verscheen eerst op Vereniging Basisinkomen.

Een experiment met een basisinkomen (1795)

dickens857

In 1795 ging de parochie van Speen, in Berkshire, Engeland, over op een radicaal nieuw systeem van armenzorg [1]. Vanwege de rampzalige Franse oorlogen en een reeks van slechte oogsten namen de graanprijzen sterk toe. De stijgende graanprijzen stuwden de armoede op en wakkerden onrust aan want brood was het hoofdvoedsel van de armen. Beducht voor de mogelijkheid van rellen besloot de parochie inkomenssteun te bieden opdat werkende armen in hun levensonderhoud zouden kunnen voorzien. De uitgekeerde bedragen werden gekoppeld aan de prijs van brood. Ieder gezinslid kwam in aanmerking voor de tegemoetkoming, dus hoe groter het gezin, hoe meer het ontving. In feite was het een stelsel van arbeidsgebonden uitkeringen.

Hulp in de vorm van een minimum bestaansinkomen bestond al voor niet-werkende armen. De Armenwetten [2], voor het eerst geïntroduceerd in de Elizabethaanse tijd, maakten onderscheid tussen verschillende definities van “arm” en behandelden ze anders. Op het moment dat het Speenhamland systeem werd ingevoerd, werden ouden, zieken en kinderen in armenhuizen ondergebracht, waar ze verzorgd werden en waar niet verwacht werd, dat zij werkten[A], terwijl van de armen die gezond van lijf en leden waren, wel verwacht werd dat zij werkten voor hun uitkering[B]. Er waren verscheidene maatregelen die werklozen dwongen om aan het werk te gaan, waarvan waarschijnlijk het Roundsman systeem [3] het meest gehate en economisch meest desastreuze was. Werkloze arbeiders (“roundsmen”[C]) werden “verkocht” aan boeren onder de gangbare marktprijzen. De parochie vulde de lonen tot het bestaansminimum aan. In feite kwam het neer op een baangarantie.

Het systeem in Speenhamland stelde echter niet de voorwaarde dat iemand werkte om voor een uitkering in aanmerking te komen. De combinatie van al bestaande zorg voor armen die niet in een inrichting leefden – met of zonder baangarantie – met een nieuw stelsel van arbeidsgebonden uitkeringen resulteerde in een basisinkomen. Voor de hoogte van de betaling maakte het niet uit of gezinsleden werkten of niet. Ze werd ook niet gestaakt als de lonen stegen, omdat men vond dat mensen niet ontmoedigd moesten raken om te werken.

En het werkte. Het Speenhamland systeem verzachtte armoede en ondervoeding en hielp rellen te voorkomen – wat het doel was. Het werd daarom op grote schaal gekopieerd. Pitt the Younger (Pitt de Jongere)[ 4] probeerde zelfs om het op te nemen in nationale wetgeving. Het ging echter niet zonder problemen of critici.

De grote econoom David Ricardo [5] vond dat het Speenhamland systeem het aanbod van agrarische arbeid deed slinken. Op het eerste gezicht lijkt dit logisch. Het feit dat de hoogte van de inkomenssubsidie voor de werkende arme even hoog was als voor niet-werkende armen, vormde een belemmering om te werken. Of liever – omdat parochies werk zochten of creëerden voor werklozen die steun ontvingen – motiveerde het mensen niet om werk te zoeken. Als mensen ervoor gekozen om in de parochie lichte, simpele baantjes uit te voeren in plaats van hun arbeid te verkopen aan boerderijen, zou er inderdaad een tekort ontstaan aan arbeidskrachten in de landbouw. Maar ik vind dit vreemd. Sommige mensen kozen ongetwijfeld voor de makkelijkste optie, maar de armenzorg in Speenhamland was nauwelijks gul, het werd niet méer, terwijl het gezinsinkomen wel steeg door het krijgen van een echte baan. De “armoedeval” van nu, waarbij de marginale belastingtarieven door het intrekken van de uitkering zo hoog zijn dat het de moeite niet waard is om een baan te vinden, bestond niet. Daarom vraag ik me af of het Speenhamland systeem echt in de eerste plaats verantwoordelijk was voor het verminderen van het aanbod van arbeid. Ik denk dat het probleem iets anders lag.

De armenwetten waren geen eenduidig systeem. Armenzorg was de verantwoordelijkheid van afzonderlijke parochies. De dekking was dus fragmentarisch en niet consequent. “Settlement wetten” (vestigingswetten) [6], die moesten voorkomen dat mensen van parochie naar parochie verhuisden op zoek naar betere voorzieningen (tegenwoordig noemen we dit “uitkeringstoerisme” [6a]), hadden het onfortuinlijke gevolg dat ze mensen beletten om van parochie naar parochie te trekken op zoek naar werk, waardoor zowel werkloosheid als tekorten op de arbeidsmarkt ontstonden. De gewoonte om voor mensen werk te zoeken binnen de parochie, hetzij door niet-actieve arbeid te veilen onder de prijs op de arbeidsmarkt of door mensen toe te wijzen aan gemeenschapstaken, betekende dat echte banen in andere parochies onvervuld bleven. Toen de Industriële Revolutie doorzette, veroorzaakte ook het weglekken van mensen van het platteland naar de fabrieken tekorten aan arbeidskrachten in de landbouw. In mijn ogen kreeg het systeem van inkomenssteun van Speenhamland ten onrechte de schuld voor het tekort aan agrarische arbeidskrachten, die het gevolg was van een starre arbeidsmarkt, lokale baangaranties en technologische veranderingen.

Ricardo meende ook dat het Speenhamland systeem de lonen drukte. Maar Deirdre McCloskey [7] wijst erop dat dit niet logisch is. Als het Speenhamland systeem het arbeidsaanbod verminderde zoals Ricardo dacht – en McCloskey’s analyse ondersteunt dit – dan zouden de lonen moeten zijn gestegen. Daarom, als de lonen waren gedaald, moet dit het gevolg zijn geweest van andere factoren.

Het lijdt geen twijfel dat het “Roundsman” systeem lonen in de agrarische sector negatief beïnvloedde. Boeren kwamen in de verleiding om roundsmen in dienst te nemen in plaats van vrije arbeiders, omdat ze hen lonen ver onder het bestaansminimum konden uitbetalen in de zekerheid dat de parochie de aanvulling op het loon zou vereffenen. Als het Roundsman systeem universeel was toegepast, zouden uiteindelijk alle landarbeiders roundsmen geworden zijn en zouden de lonen blijvend onder het bestaansminimum gezakt zijn. Ik geef toe dat dit zou kunnen bijdragen aan een verlaging van de prijs van brood en daarmee van de uitgavenpost voor uitkeringen, maar het systeem zou nog steeds niet duurzaam zijn geweest. Zij die nu pleiten voor garantie van banen, kunnen dit in gedachten houden.

Er was ook een groot probleem met het stelsel van financiële steun in parochies met een gefragmenteerde structuur. Omdat de inkomensvoorziening gefinancierd werd door een belasting op grondbezit (lokale belastingen), moet het systeem van bijstand zelf geen effect op de lonen hebben gehad, aangezien herenboeren die lonen uitbetaalden aan landarbeiders ook belastingbetalers waren: als ze lagere lonen betaalden, betaalden ze hogere tarieven. Maar als een boer mensen in dienst nam uit naburige parochies, viel de last van de inkomensondersteuning niet op hem, maar op de belastingbetalers in de parochie van herkomst van die werklieden. Vestigingswetten voorkwamen dat werklozen zich van de ene parochie naar de andere verplaatsten op zoek naar werk, maar er was geen wet die werkgevers ervan weerhield om arbeiders uit naburige parochies te werven. Het effect hiervan was dat landeigenaren in een parochie hongerlonen betaalden aan werknemers uit naburige parochies en het aan de belastingbetalers van die parochies overlieten om het loon aan te vullen.

Tijdens de Industriële Revolutie was er echter een veel ernstiger probleem met de financiering van de armenzorg door een belasting op grond. De landbouw maakte gebruik van een relatief klein aantal mensen, maar wel van een grote hoeveelheid land en moest dus het leeuwendeel van de grondbelasting opbrengen. De industriële productie daarentegen maakte gebruik van een groot aantal mensen, maar slechts van een relatief kleine hoeveelheid land. Ze werd daarom veel minder belast. Industriëlen konden daarom de lonen van fabrieksarbeiders naar beneden bijstellen in de wetenschap dat de parochies hen schadeloos zouden stellen. Door een toename van de belastingen zouden industriëlen een kleine kostenstijging ondervinden, maar de grote last zou worden gedragen door agrarische grondeigenaren. Het draaide uit op een enorme overdracht van rijkdom van agrarische grondeigenaren naar industriëlen. Geen wonder dat het Speenhamland systeem werd gehaat door agrarische belastingbetalers.

Het is dus eerlijk om te zeggen dat Ricardo gelijk had: het Speenhamland systeem zette de lonen onder druk, maar niet omdat de financiële ondersteuning zelf dat effect had. Het probleem was de manier waarop het werd gefinancierd.

Ricardo’s goede vriend Thomas Malthus [8] bekritiseerde het Speenhamland systeem voor het effect dat het op de bevolking had. Omdat het bedrag van de uitkering die men ontving, bepaald werd door de grootte van het gezin, was hij van mening dat het de armen aanmoedigde om zich voort te planten. De bevolking groeide inderdaad zeer snel in het begin van de 19e eeuw in Engeland, maar ik vind het moeilijk te geloven dat het Speenhamland systeem hier primair verantwoordelijk [9] voor was. Maar er was een motief om grote gezinnen te hebben, zelfs in gebieden die niet het Speenhamland systeem hadden – en dat was de groeiende vraag naar kinderarbeid [10]. Fabrieken en mijnen stelden kinderen te werk omdat ze hen minder hoefden te betalen dan volwassenen.

Doordat ze klein waren, konden ze ook taken verrichten die volwassenen niet konden doen – vaak de meest gevaarlijke taken, zoals het verwijderen van draden vanonder werkende weefgetouwen. Een gezin met meerdere kinderen kon haar inkomsten aanzienlijk vergroten door de kinderen uit werken te sturen. Dus Malthus had gelijk – er was inderdaad een stimulans voor de armen om zich te vermenigvuldigen met in de kantlijn de aantekening dat het ontbreken van een geleidelijke vermindering van Speenhamland’s inkomenssteun hier aan bijdroeg. Het kan echter niet echt beschouwd worden als de belangrijkste oorzaak voor de snelle groei van de Engelse bevolking tijdens de Industriële Revolutie. Opnieuw kreeg het Speenhamland systeem de schuld voor problemen waar het niet veel mee te maken had.

Maar de ergste kritiek op het Speenhamland systeem en de belangrijkste reden voor de uiteindelijke afschaffing, waren niet de economische effecten maar de morele. En die morele kritiek klinkt tot op de dag van vandaag. Jeremy Bentham’s [11] eis dat werken altijd de moeite waard moet zijn en dat daarom uitkeringen voor niet-werkenden moeilijk te verkrijgen moeten zijn en vastgesteld moeten worden op een niveau dat lager is dan het bestaansminimum, heeft ongemakkelijke overeenkomsten met uitspraken van eigentijdse politici dat “werk moet lonen” [ 12]. De heersende mening in die tijd dat werken een morele plicht was en dat werklozen moreel onbekwaam waren, wordt door de Coalitie herhaald in de verheerlijking van “hardwerkende gezinnen” en de verguizing van uitkeringsgerechtigden als “profiteurs”.

En het idee dat werklozen gedwongen moeten worden om te werken, om iets terug te doen voor hun uitkering, zelfs als dat werk zinloos en vernederend is – zelfs als het de arbeidsmarkt verstoort – wordt tegenwoordig voortgezet in “workfare”[D] regelingen [13] die werklozen dwingen om eenvoudig, ongeschoold werk te verrichten of het geschikt voor hen is of niet, op straffe van verlies van inkomen.

Het Speenhamland systeem was een oprechte poging om de problemen van armoede en werkloosheid te lenigen in een tijd van depressie en snelle technologische veranderingen. Het is tragisch dat het stukliep, niet omdat het niet werkte, maar vanwege inadequate financiering in combinatie met morele oordelen over de deugd van werken.

Er gaat een angstaanjagende waarschuwing voor onze tijd van uit. Het Speenhamland systeem werd vervangen door één van de meest wrede vormen van “sociale zekerheid” ooit bedacht. De Poor Law Amendment (Amendement op de Armenwet) [14] van 1834 schafte steun aan thuiswonende armen af en dwong werklozen hun intrek te nemen in werkhuizen. De omstandigheden in Victoriaanse werkhuizen [15] waren bewust hardvochtig om mensen ervan te weerhouden zich aan te melden: opname in een werkhuis was voor velen een doodvonnis. Echtparen werden van elkaar en van hun kinderen gescheiden, soms zagen ze elkaar nooit meer. Werk was vervelend en routinematig, zoals het uit elkaar trekken van touw (“lostornen van breeuwmateriaal”) of het breken van stenen. Bewoners werden mishandeld en uitgehongerd: in een werkhuis bij Andover waren inwoners zo hongerig dat ze hun toevlucht namen tot het kauwen van de botten die ze verzameld hadden om ze fijn te malen voor kunstmest. Maar het is goed te beseffen dat hoe onbarmhartig de werkhuizen ook waren, de omstandigheden voor werkende armen buiten de werkhuizen vaak erger waren. De dreiging van het werkhuis zette werkgevers er toe aan hongerlonen te betalen in de zekerheid dat de arbeiders dit voor lief zouden nemen, zelfs al bood het geen enkel financieel houvast. Schrijvers als Dickens belichtten de erbarmelijke omstandigheden waarin armen woonden – binnen èn buiten werkhuizen. Zij werden met opzet gecreëerd door goedbedoelende mensen, overtuigd als zij waren van de deugd van werk, elk werk, hoe vernederend en slecht betaald ook.

 

We hebben een lange weg afgelegd sinds de dagen van Dickens. Laten we daar niet naar terugkeren.

 

Illustratie: “Armoede en rijkdom”, door William Frith RA, 1888. Courtesy of VictorianWeb.

Bronnen

Noten

  • [A] Dit stond bekend als “indoor relief”: verzorging in een inrichting.
  • [B] “Outdoor relief”: hulp buiten een inrichting.
  • [C] Een roundsman was een historische figuur die op het Engelse platteland met paard en wagen langskwam om allerhande goederen (etenswaren, lampenolie, pannen) in de afgelegen dorpen en boerderijen aan de man te brengen. Naast noodzakelijke spullen bracht hij ook de laatste nieuwtjes.
  • [D] Workfare – a system in which unemployed people have to work in order to get money for food, rent, etc. from the government. Bron: Oxford Advanced Learner’s Dictionary of Current English (8e edition). Oxford University Press, 2010. In Nederland wordt het begrip door voorstanders, vooral de sociale zekerheidsbureaucratie en re-integratie-industrie, wel samengevat onder de zalvende en tegelijkertijd verhullende term “Tegenprestatie”. Organisaties met meer realiteitszin, zoals Doorbraak [http://www.doorbraak.eu/] en De Lange Mars [http://delangemars.nl/], praten gewoon over wat workfare werkelijk inhoudt: dwangarbeid (FB).

Links

 

 

 

Het bericht Een experiment met een basisinkomen (1795) verscheen eerst op Vereniging Basisinkomen.